Bron
Vandaag, op een maandag, ga ik geen typische vrijdag uit het leven van Laura beschrijven, simpelweg omdat dat niet zo boeiend is. Nee, dit gaat over een niet zo typische vrijdag uit het leven van Laura.
Allereerst stond ik vroeg op. Nu moet je weten dat voor een student negen uur al vroeg is, kun je je voorstellen hoe vroeg dit was. Waarom ik dat deed? Ik had een sollicitatiegesprek voor een niet nader te noemen bedrijf, in de horeca. Het gesprek ging goed. Er kwamen vragen langs als: als je vrienden vijf karaktereigenschappen moesten geven over jou, wat zou het dan zijn? (probeer dan maar even iets te bedenken, bovendien moet je minstens één negatief iets doen, maar natuurlijk weer niet al te negatief) Met wat voor soort mensen kun je niet zo goed omgaan? (mensen zoals Geert Wilders) (nee, dat heb ik niet gezegd)
Ik gaf intelligente antwoorden, al zeg ik het zelf. Ik kwam op haar over als ‘communicatief vaardig’. Merci. Er is altijd een maar: ze twijfelde. Waarom? Ze wist niet of ik wel een bubbly personality had.
Ik heb dit aan meerdere mensen verteld en ze wisten allemaal niet wat een bubbly personality was. Nu weet ik dat wel, slim als ik ben, namelijk zoiets als: sprankelend, extravert, outgoing. Maar goed, ik wil het graag alsnog verbieden dat mensen deze twee woorden OOIT in hun mond nemen. En dat zeg ik niet, omdat ik zelf blijkbaar geen bubbly personality heb.
Ik geloof niet dat ik word aangenomen.
Maar dat maakt niet uit, want ik heb mijn droomberoep al gevonden. Na het sollicitatiegesprek moest ik namelijk een dagje iets gaan doen voor het bedrijf waar mijn moeder werkt. Hiervoor moest ik naar Tilburg, of all places, naar één of ander industrieterrein (omdat het zo gezellig is). Mijn taak? Dozen vouwen.
Ik heb meer dan een paar hersencellen hiermee verloren.
Eerst is het nog een soort van uitdaging. Hoe moet die doos gevouwen worden? Maar daar ben je snel achter. Daarna: sleur. Ik deed het een paar uur en ik had die sleur al. Geen uitdaging. Het is weer een extra motivatie om verder te studeren.
Nee grapje. Ik vond het hartstikke leuk. Ik smeekte mijn moeder of ik dit elke dag kon doen, maar helaas. Het was alleen voor die ene dag. Mijn droom spatte in duigen. Ik ben radeloos.
Zomaar een vrijdag. Een vrijdag die veel betekende voor me, namelijk het verliezen van de hoop.
Dus alsjeblieft, heb jij nog dozen voor mij die ik kan vouwen?
(Er zijn vast mensen die dit voor hun werk doen en natuurlijk moet iemand het doen, dus het is niet beledigend bedoeld, maar het is duidelijk niet iets voor mij!)
(Dit klinkt net alsof het bedrijf waar mijn moeder werkt een dozenvouwerij is, als dat al een woord is, maar dat is het dus niet. Wat het wel is, eh tja, dat is een goede vraag.)