Archive for maart, 2018

maart 26th, 2018

Ik ben misschien mijn eigen blogverjaardag vergeten

Het is heel goed mogelijk dat mijn blog een paar dagen geleden (24 maart) zeven jaar bestond en dat ik daar dus niet over geblogd heb. Maar wat kan ik zeggen? Ik ben al 26 jaar en dan vergeet je wel eens wat.

Het blijft bijzonder. Als ik denk aan hoe mijn leven eruitzag toen en nu. Waar ik toen over blogde en waarover nu. Hoeveel leuke mensen ik heb leren kennen door het bloggen die ik nog steeds spreek.

In de loop van de jaren zijn er veel bloggers gesneuveld en als ze niet verdwenen zijn, dan bloggen ze wel dat bloggen dood is (ironisch toch) of ‘sorry dat ik zolang niet geblogd heb’. Maar ik doe niet aan trends, anders was ik wel vlogger geweest.

Dus sorry jongens, jullie zijn nog lang niet van me af!

maart 19th, 2018

Laura’s liefdesletteren: papiertje

Ik wil vaker fictie schrijven en daarom heb ik dit onderdeel in het leven geroepen. Verhaaltjes over – je raadt het al – liefde. Omdat liefde fijn is. En stom. En raar. En bijzonder. Allemaal tegelijk.

***

Zijn moeder zei altijd dat zijn handschrift niet te lezen was. Hanenpoten, zo noemde ze het. Ze zag het verschil niet eens als hij wel zijn best deed, met het puntje van zijn tong uit zijn mond en een rode hand, omdat hij het potlood zo stevig vasthield. Maar het kon hem niet schelen. Dat was sowieso het enige wat zijn moeder kon doen, vitten op hoe hij eruit zag, wat hij deed en wat hij zei.
Maar Saartje interesseerde dat niet. Die hield gewoon zijn hand vast, ook al was die drijfnat van het zweet. Ze had hem zelfs een keer een kus op de mond gegeven op de dag dat hij vergeten was Labello op te doen. Het voelde warm en een beetje gek, maar dat was ook wat ze in films deden, dus dan zou het er wel bij horen. Vandaag hadden ze zes dagen verkering. Zes! Vroeger dacht hij dat hij nooit een vriendinnetje zou krijgen. Dat zei zijn moeder altijd: ‘Meisjes houden alleen van nette jongens’. Maar Saartje had geglimlacht toen hij het vroeg, met trillende stem.
En nu had hij een gedichtje voor haar geschreven. Dat zag hij ook een keer in een film. De vrouw die het gedichtje ontving, moest zelfs huilen. Zijn moeder zei dat gedichten voor mietjes waren. Hij wist niet wat dat betekende, maar het kon nooit goed zijn. Gelukkig was Saartje anders. Hij had er zelfs een paardensticker opgedaan, hoewel hij paarden maar eng vond. Tijdens gym zei hij dat hij naar de wc moest en toen had hij het in haar jaszak gestopt. Heel misschien had hij even aan de jas geroken en de mouw over zijn schouder gedaan. Na gym liepen ze samen terug naar school. Hij wilde haar hand vastpakken, maar die hield ze in haar zak. Ze giechelde.
‘Ik vergeet ze altijd weg te gooien,’ zei ze.
In haar hand hield ze een hoop snoeppapiertjes vast. Ze vond alleen de rode lekker en dat kwam goed uit, want hij hield meer van de groene. Daarom had hij het gedichtje op rood papier geschreven met groene letters.
‘Ik gooi het even weg.’
Hij wilde iets zeggen, hij wilde haar tegenhouden, maar hij kon niet meer bewegen. Een snoeppapiertje dwarrelde naast de prullenbak. Het was groen.

maart 7th, 2018

Ik ben de beste vriendin die er is

‘Krijg je eigenlijk een babyshower?’ vroeg ik aan de zwangere vriendin.
‘Nee,’ zei ze. ‘Maar dat zou ik wel willen.’
Ik zei dat ik het wel aan de vriend zou vragen en die zou het dan aan haar zus vragen (het was het meest logisch dat zij het zou organiseren). Maar de vriend vroeg het niet, want zo is hij.
‘Hij heeft het niet gevraagd, want zo is hij.’ zei ik dus.
‘Ja,’ beaamde de vriendin. ‘Zo is hij.’
Ondertussen nam ik contact op met de zus en regelde ik het samen met haar. Ik ging zelfs naar haar toe (in 020, mensen, dat doe ik niet voor mijn plezier) en sprak ik met de zus en de moeder over de babyshower. Terwijl we dat deden, belde de vriendin.
‘Ik kan nu niet bellen,’ zei de zus. ‘De buurvrouw is er.’
Ondertussen waren we aan het roddelen over hoe ongelooflijk eigenwijs de vriendin was en dat ze het zo vaak over mij had. ‘Mijn vriendinnetje Laura,’ zei ze dan. Ik kon niet wachten om het hierover te hebben met de vriendin, maar ja, ik moest het geheim houden.
Ondertussen belde de vriendin, die inmiddels met zwangerschapsverlof was, me elke dag.
‘Ik vind het echt jammer dat ik geen babyshower krijg,’ zeurde ze.
‘Ja, echt heel jammer,’ zei ik. ‘Maar ja, je bent nu 38 weken en er is gewoon geen tijd voor. Ik ga het echt niet doen.’
We besloten dan maar met zijn tweeën te high tea’en. Maar life’s a bitch, want naast ons begon een babyshower. Tranen rolden over de wangen van de vriendin.
‘Niemand vindt mij leuk,’ huilde ze.
Ik troostte haar en van binnen brak mijn hart.
‘Dat is niet waar. Het is gewoon te laat oké. We doen wel iets leuks als je bevallen bent.’
Echt jongens, ik mag wel een Oscarnominatie krijgen voor deze acteerprestatie

De week erna stond ik in Den Haag. Ik had roze en blauwe ballonnen bij me. Terwijl de vriendin niets vermoedend met een vriendin had afgesproken, versierde ik samen met de vriend en de familie het huis. Ondertussen stroomde de rest van de familie en haar vriendinnen binnen. En ja hoor, daar kwam ze.
‘WOW,’ zei ze. ‘WOW.’
Natuurlijk moest ze huilen. De rest van de avond verkeerde ze in shock, want ze had nog die ochtend tegen de vriend gezegd dat ze nu wist dat de babyshower er toch niet meer zou komen.

Later legde ik het verhaal uit. Dat de babyshower al lang voordat zij begon te zeuren en te huilen gefixt was. Zij dacht nog: ‘Ja, Laura heeft gezegd dat ze het niet ging doen. En ik snap het wel, want zo lang zijn we niet bevriend (noot van de redactie: al drie jaar, maar oké). Laura weet gewoon nog niet niet dat ze mijn bff is.’ Maar ik ben een geweldig persoon en natuurlijk doe ik dat voor die eigenwijze drol. Ik ga niet zeggen dat het makkelijk was (een babyshower organiseren is meer werk dan je denkt), maar het was het allemaal waard.

Weken heb ik doodsangsten uitgestaan, want wat als ze al zou bevallen en de hele organisatie voor niets was geweest? Maar een paar dagen na de babyshower beviel de vriendin. Ik houd nu al van dit kind dat goed luistert naar tante Laura.

maart 1st, 2018

Hello, is it me you’re looking for?

Ik lach, maar eigenlijk ben ik langzaam dood aan het vriezen.

A post shared by Laura Bosua (@lauradenktwel) on

Ja hallo, ben ik weer. Als narcistische blogger dacht ik dat het wel leuk zou zijn om een keer een update te doen over mijn leven. Als mensen geïnteresseerd zijn in foto’s van het ontbijt van bloggers dan moet dit blogje wel het toppunt van vermakelijkheid zijn toch? Nou, let’s go.

– Ik ben nog steeds op zoek naar een huis in Utrecht. Ja, het schiet niet echt op (iets met dat ik geen miljonair ben en een kat heb en niet in de slechte wijken wil), maar ondertussen wordt de druk wel hoger. Dus mochten jullie iets weten (max 850 inclusief, minimaal 29 vierkante meter, binnenkat toegestaan, studio of delen met een huisgenoot, niet in Overvecht of Kanaleneiland) of tips hebben voor het zoeken van een huis, let me know en ik zal je zo ontzettend dankbaar zijn, dat wil je niet weten.
– Mijn dagen spendeer ik vooral werkend (vandaag zit ik vier jaar bij mijn werk!), afsprekend met vrienden, lezend of in de bioscoop.
– Voor zover ze nog draaien hier mijn bioscooptips: the Florida Project, Call Me By Your Name (die soundtrack!), Three Billboards Outside Ebbing, Missouri.
– Naast mijn betaalde werk doe ik ook vrijwilligerswerk voor Dit Zijn de Schrijvers (#nospon). Zij organiseren in Utrecht showcases met schrijftalent op allerlei gebieden (proza, poëzie, toneel en muziek) en 11 maart staan we bij Gluren bij de Buren (om 12:00, 13:30 en 15:00. Het adres is Adriaan Mulderstraat 51, Utrecht). Ja, dit is gewoon reclame, I don’t care.
– De vrienden over wie ik hier iets schreef, hebben een kind gekregen en oh mijn god, hoe lief (en volwassen). Een paar dagen ervoor organiseerde ik de babyshower en daar komt sowieso nog een blog over (spoiler: het was awesome en vermoeiend).
– De afgelopen dagen ben ik meerdere keren bijna doodgevroren. Hopelijk overleef ik de komende dagen nog, anders wordt dit mijn laatste blogje.
– Spannender dan dit kan ik het niet maken, jongens. Misschien had ik toch een foto moeten nemen van mijn ontbijt.