Ton Rozeman – Wat ik van liefde weet (+ winactie!)

Rozeman, Tom. Wat ik van liefde weet

Ton Rozeman leerde ik kennen op Manuscripta waar hij een workshop korte verhalen gaf. Het viel me al meteen op dat het een rustige, vriendelijke man is, die nadenkt over zijn woorden voor hij ze uitspreekt. Ik besloot hem te interviewen voor de serie ‘Wie schrijft die blijft’  en heb ook een keer zijn boek over korte verhalen schrijven verloot. Nu heeft hij een nieuwe verhalenbundel geschreven, ‘Wat ik van liefde weet’ en daar zal ik jullie wat meer over vertellen!

De bundel begint al met een geweldige zin: ‘Soms wil ze dood, soms wil ze een kind van je.’ Het klinkt veelbelovend en maakt ook de beloftes waar. Ton Rozeman schrijft ogenschijnlijk eenvoudig, maar als je het verhaal uit hebt, besef je dat er meerdere lagen inzitten. Je krijgt als lezer veel ruimte om dingen toe te voegen, wat zorgt voor diepgang.

Helaas worden verhalenbundels veel minder gelezen dan romans. Toch zou je het moeten doen, volgens Rozeman: “Korte verhalen gaan over de essentie, maar dan wel een essentie die zich niet laat benoemen, over een essentie die zich in het echte leven nauwelijks laat betrappen. In een kort verhaal is het er even, in een glimp, vanuit een ooghoek. Wil je het benoemen, dan is het meteen weg.”
Zelf noemde ik het iets wat je makkelijk tussendoor kan lezen, omdat het minder tijd in beslag neemt. Ton reageert er zo op: “Als een kort verhaal een tussendoortje is, dan is het wel een heel essentieel tussendoortje, eentje waarin de film van een leven wordt stilgezet zodat we heel nauwkeurig kunnen aanschouwen waar we anders aan voorbij gaan. En waar we misschien ook wel bang voor zijn.”
Waarom is het thema liefde? En waarom staan er geen positieve verhalen over de liefde in? Ton: “Ik denk dat de verhalen aandachtig iets blootleggen, dat ze iets laten zien waar we gewoonlijk niet de moeite voor willen doen om het te zien. Misschien omdat het pijnlijk is. Maar het is wel positief er aandacht aan te geven. Echte aandacht en echte bereidheid kunnen liefdevol zijn. Misschien is dat wel liefde: durven kijken.”
Het is dus een verhalenbundel om over na te denken of zoals Ton het zelf zegt: “Een verhalenbundel voor een blik op onszelf en op elkaar.”

Als je meer wilt lezen over de totstandkoming van de verhalen kun je Tons blog lezen.

Ik kan het jullie zeker aanraden om deze bundel te lezen. Gelukkig mag ik er eentje weggeven. Als je wil winnen, vul dan een geldig e-mailadres in en zet duidelijk in een reactie dat je meedoet. Na een week zal ik via random.org iemand uitkiezen en ontvangt de winnaar een mail.

Je kan over alles schrijven

Ik weet eigenlijk niet eens hoe ik erop kom. Misschien omdat ik aan het afwassen ben. Of ergens een foto van heb gemaakt. Ik bedoel, welke debiel schrijft nou serieus een blogje over duizenddingendoekjes? Nou ja, ik dus. En jullie, stelletje gekkerds, lezen het nog ook. Wat zeg ik: sommigen vinden het zelfs leuk!

Of is het toch niet zo raar? Als je jezelf serieus wil nemen als blogger/schrijver, dan zou je overal over moeten kunnen schrijven. Half lege (‘Nee Laura, half volle.’) flesjes water, het schroefje bij je meubel van je Ikea dat nergens bij past of natuurlijk de zin van het leven.

Geen inspiratie? Kijk eens om je heen! Want waarom zou je over over moeten kunnen schrijven? Omdat overal een verhaal in zit. Stofzuigen an sich is niet interessant, maar het gaat erom wat jij ervan maakt(‘Als ik gestofzuigd heb, dan kan ik de week daarna niet meer lopen van de rugpijn.’ ‘Mijn stofzuiger is niet alleen dol op stof, maar ook op mijn sieraden die her en der verspreid liggen in mijn kamer en nee, dat is niet mijn schuld.’).

Daarnaast bezit je vast een scala aan anekdotes, al dan niet van jezelf. Er zijn boeken, films, televisieprogramma’s, beroemde mensen, niet zo beroemde mensen, (huis-)dieren, studies, baantjes waar je over kunt schrijven.

JE KAN OVER ALLES SCHRIJVEN.

Geeft dat niet een enorme vrijheid? Dus hup, niet meer zeuren dat je geen inspiratie hebt. Gewoon even goed om je heen kijken.

Hoe schrijf je in hemelsnaam een brief?

Tegenwoordig sturen we mails, smsjes, whatsapps en Facebookberichtjes. Wanneer je ouders het over brieven schrijven hebben, reageer je zo: ‘Een brief, huh, wat is dat?’ Je ouders leggen je vervolgens uit dat het een soort e-mail is, maar dan van papier. Je staat versteld, want je dacht dat dit alleen maar in de wereld van e-books bestond, een soort magisch iets, zoals de postuilen uit Harry Potter.

Jij houdt wel van ouderwetse dingen, je kijkt soms zelfs films uit de jaren tachtig (toen was er nog geen 3D, kun je het je voorstellen haha). Laatst heb je nog een wegwerpcamera gekocht. Ja, je noemt jezelf wel eens een oude ziel in een jong lichaam.

Dus nu heb je besloten een brief te schrijven. Niet aan je vrienden, want die snappen er niets van (‘Waarom een brief schrijven als je ook kunt whatsappen? Dat is nog gratis ook!’). Nee, aan de liefde van je leven. Of aan je oma. Je weet het nog niet zeker. Nou ja, eigenlijk moet je eerst nog een aantal andere problemen oplossen. Want hoe doe je dat in hemelsnaam, een brief schrijven?

Ik ben jouw reddende engel in nood. Alvast graag gedaan.

Benodigdheden voor het schrijven van een brief:
– Papier. Het liefst briefpapier met hartjes (als het voor de liefde van je leven is, voor je oma liever met bloemetjes).
– Pen of potlood.
– Een envelop (google het maar).
– Een postzegel (google dat maar ook).
– Het adres van de persoon naar wie je gaat schrijven.
– Inspiratie.

Dit is optioneel, maar waar je mee kunt beginnen, is de datum en de plaats waar jij op dat moment bent in de rechterbovenhoek schrijven. Vervolgens gebruik je een aanhef, zoals: ‘Lieve beertje’ of ‘Geachte oma’. Nu ga je aan de daadwerkelijke brief schrijven. Eigenlijk kan het over van alles gaan. De hartstocht die je voelt voor de liefde van je leven (‘Wij zijn ntb. Jij bent mijn alles.’) of tegen je oma over wat je allemaal gedaan hebt (‘Ik had zaterdag een feestje, maar ik heb echt niet gedronken hoor, u kent mij toch.’). Je mag zelf weten hoe lang je de brief maakt. Daarna sluit je af. Dat kan met ‘xxxxxxxxxxxx je kroeliewoelie’ of ‘Met vriendelijke groet, je kleinzoon/dochter).

Nu komt het moeilijkste gedeelte. Je pakt een envelop. Plak de postzegel (dat vierkante ding met de koningin erop) in de rechterbovenhoek. Vervolgens schrijf je de naam en het adres van degene naar wie je de brief gaat sturen op de voorkant (de voorkant, NIET de achterkant!) van de envelop. Dan doe je de brief in de envelop (niet vergeten) en gebruik je je vieze speeksel om aan de rand van de envelop te likken en hem dicht te plakken. Soms heb je het geluk om een envelop met plakstrip te hebben, maar hoop daar maar niet op.

Nu moet je op zoek naar een brievenbus. Deze staat in elke wijk. Het is een rood of oranje ding met een rechthoekige mond. Je stopt de envelop in de mond. Het ligt eraan hoe laat je de brief post, maar waarschijnlijk heeft de liefde van je leven of oma hem morgen.

Gefeliciteerd. Je hebt een brief geschreven. Ik ben trots op je.

Waar ik in hemelsnaam de tijd en inspiratie vandaan haal


De notitieboekjes voor mijn blog. Mijn redders in nood.

Bij het blogje van een paar dagen geleden over mijn schrijfactiviteiten kwam één reactie vaak naar voren: Laura, waar haal je in hemelsnaam de tijd en inspiratie vandaan?

Dat zal ik jullie uiteraard vertellen.

Dagelijks verschijnt er een blogje en daarnaast schrijf ik dus ook drie a vijf stukjes voor andere websites. Dat laatste doe ik nog niet zo lang, maar ik denk dat het net zoals met mijn blog is: het is niet makkelijk in het begin, maar het moet een ritme worden. Als iets in je systeem zit, dan zul je het moetenmoetenmoetengevoel minder hebben (althans, dat heb ik) en gaat het steeds beter. Inspiratie is niet iets waar je passief mee om moet gaan, dat wil zeggen (iets wat veel mensen denken en ik snap het hoor, daar niet van): zitten en wachten tot er iets komt. Je moet er iets actiefs van maken. Hoe doe je dat? Maak een wandeling of doe een huishoudelijk klusje, want daar hoef je niet bij na te denken en dan komen juist de ideeën. Lees boeken of andere blogs. En vooral: schrijf je ideeën meteen op! Je hoeft er niet gelijk een blogje over te schrijven, maar dan kun je het later nog gebruiken.

Dan de tijd. Waar haal ik de tijd vandaan? Allereerst heb ik nu bijna vakantie, maar voorheen had ik maar twee dagen college in de week. Dat betekende niet dat ik de rest van de week niets hoefde te doen, maar wel dat ik mijn eigen tijd in kon delen. En het ligt er maar net aan waar je prioriteiten liggen. De één besteedt veel tijd aan televisiekijken (iets wat ik zelf weinig doe), de ander schrijft. Maar wat vooral belangrijk is natuurlijk is dat je er tijd voor vrijmaakt. Een bepaald tijdstip of een bepaalde dag ervoor uitzoeken kan handig zijn (bijvoorbeeld de luie pyjamazondag, ideaal!).

En het allerbelangrijkste natuurlijk: ik doe het, omdat ik het leuk vind en omdat ik het wil. Als dat niet het geval is, dan wordt het al heel moeilijk natuurlijk haha.

En hoe zit het dan met jullie? Waar halen jullie de tijd en inspiratie vandaan om te bloggen/schrijven/creatief bezig te zijn?

Laura denkt niet alleen, maar schrijft ook!

Ik heb jullie leuks nieuws te vertellen, want aan mijn blog had ik niet genoeg (ach nee, arm blogje, je bent heel lief hoor!). Daarom schrijf ik sinds kort ook voor drie andere websites en ik zal ze even aan jullie introduceren.

1. Whoopsie Daisy
Misschien kent een aantal van jullie deze website wel. Het is een online magazine voor vrouwen vanaf 18 jaar en eigenlijk komt er van alles aan bod. Elke week schrijf ik een column hiervoor.

Dit zijn de columns die ik al geschreven heb (u mag klikken):

– Hup Holland Hup
– Pas op: de tentamenweken zijn weer begonnen!
– Hoera, geslaagd! En… Wat nu?

2. Say What
Deze site bestaat nog niet zo lang, maar richt zich op jongeren. Eén keer in de twee weken schrijf ik een blogje over een willekeurig onderwerp. En vanaf volgende week komt er een interviewserie (Studie & Studeren) waarin ik mensen interview over hun studie. Aanmeldingen zijn altijd welkom! Momenteel ben ik vooral op zoek naar MBO en HBO-studies, maar ook universitaire studies zijn natuurlijk goed. Dus heb je interesse, mail dan naar: blogs@say-what.nl Het interview gaat overigens via de mail.

Dit heb ik tot nu toe geschreven voor Say-What.nl:

– Even voorstellen: Laura
– Vijf stappen om te beginnen met bloggen
– Nieuwe interviewserie: Studie & Studeren

3. Studenten.net 
Afgelopen dinsdag ging ik naar Groningen. Dat is nogal een wereldreis als je vlakbij Rotterdam woont, maar ik had het er voor over. Het was namelijk voor een gesprek met Studenten.net. Ik had al een proefstukje geschreven (zie hieronder) en het gesprek ging over het vervolg daarvan. Ik ga sowieso interviews schrijven en wie weet nog meer. Heel leuk in ieder geval :D Overigens mag ik de interviews die ik hiervoor schrijf ook op mijn blog zetten, dus dat is ook fijn!

Dit is het interview dat ik heb gehouden voor Studenten.net:

Binnengluren bij… Monica (20) uit Oegstgeest

Dus mocht je denken: nou, ik heb echt niet genoeg aan een dagelijks blogje van Laura, I want more! (Dit heet ook wel een verslaving) Iedere week verschijnen er dus 2 tot 4 stukjes van mij op andere websites die je kunt lezen!

(Zo, dat was de zelfpromotie weer voor vandaag :P)

Wie schrijft die blijft (6): brievenghostwriter Lucy Lambriex

Foto: Lucy Lambriex.

Na Laura beroept zich komt er eindelijk een nieuwe interviewserie op mijn blog: wie schrijft die blijft. In deze serie interview ik mensen die voor hun beroep schrijven, op wat voor manier ook. Denk aan een beautyblogger of een brievenghostwriter Lucy. Ik ben erg benieuwd wat jullie ervan vinden, ik vind het in ieder geval erg leuk om te doen!

Ghostwriter voor brieven

Lucy Lambriex werkte eerst bij een uitgeverij als creatief schrijver en eindredacteur, maar maakte de stap om zelfstandig te werken, waaronder als ghostwriter voor brieven. Maar hoe komt iemand erop om ghostwriter te worden?
‘Ik merkte dat ik heel goed was in solliciteren. Ik werd vaak uitgenodigd en kreeg dan te horen dat ik een leuke brief had geschreven en dat het opviel. Op een gegeven moment vroeg een kennis of ik zijn sollicitatiebrief wilde lezen. Dat heb ik gedaan. Ik vond zijn brief inhoudelijk goed, maar het was heel lang en niet pakkend geschreven. Hij herschreef hem, maar de brief was nog niet helemaal goed. Daarna heb ik hem zelf herschreven en ik merkte dat ik het leuk vond om te doen.’
Zo is het vanzelf verder gegaan. Tot nu toe krijgt Lucy voornamelijk via via opdrachten. Ze helpt zowel met het schrijven van een sollicitatiebrief als een brief bij een conflict (denk bijvoorbeeld aan burenruzies).

Beeldhouwen en helpen met het openen van de deur

Vaak schrijft de ander eerst zelf de brief. Daarna volgt er een gesprek tussen de klant en Lucy. Aan de hand daarvan gaat ze aan de slag.
‘Het is een soort beeldhouwen met toch elke keer andere gereedschappen die ik krijg aangereikt van de persoon. Ik probeer het altijd zo kort mogelijk te houden, maar wel met variatie erin, zodat het lekker loopt. Bij een conflict is het belangrijk dat de emotie eruit gehaald wordt.’
Bij een sollicitatiebrief is het een iets ander verhaal.
‘Vaak is het zo dat deze mensen wel goed zijn in hun vak, maar het niet op papier weten te zetten, niet weten hoe ze hun kwaliteiten zichtbaar kunnen maken. Ik help hen daarmee. We werken samen en daarbij gaat het erom dat ik zijn of haar verhaal kan treffen en dat hij of zij zich daarin herkent. Het is eigenlijk gewoon helpen de deur open te doen. Als ze na die brief een uitnodiging hebben gekregen, moeten ze het verder zelf doen.’

Opvallen is belangrijk

De beste brief die ze geschreven heeft, was voor een jongen die een technische opleiding deed.
‘Hij was als kind al heel technisch en knutselde allerlei dingen.  Daar hebben we een foto van meegestuurd om te benadrukken: ik doe dit al mijn hele leven. Opvallen is namelijk erg belangrijk en dat doe je door iets van jezelf te laten zien.’
Dat kan op verschillende manieren. Bijvoorbeeld je brief beginnen met iets noemen waar je niet goed in bent. In de rest van je brief laat je dan zien dat dit heel weinig is in verhouding met wat je wél kan en je toont zelfreflectie.
‘Het gaat erom dat je opvalt naast de naar aanleiding van uw advertentie-brieven.’ aldus Lucy.

Tips voor het schrijven van een brief bij een conflict

Lucy heeft ook tips voor het schrijven van een brief bij een conflict. Denk hierbij bijvoorbeeld aan een burenruzie of een brief naar de Arbodienst.
‘Schrijf hem eerst met al je emotie, dus alle woede, verdriet en angst. Daarna streep je alles weg, behalve de feitelijkheden. En dan maak je die feiten weer aan elkaar. Feiten zijn heel belangrijk, maar het allerbelangrijkste is dat je laat blijken dat je de ander hebt gehoord. Pas als iemand weet dat hij gehoord is, kan hij een ander horen.’
Ook is het goed om de brief even weg te leggen. Verstuur hem nooit meteen!
‘Soms kun je je ook afvragen: wat bereik ik ermee dat ik de ander deelgenoot maak van mijn gevoelens of mijn gedachten? Als je dat niet weet, dan kun je hem beter niet verzenden.’

Twitter en mail in plaats van brieven

Vroeger schreef Lucy lange brieven aan een vriendin, drie keer per week, lappen tekst over alles en over niets.
‘Echte brieven op papier schrijf ik weinig meer. Wel mail ik vrij veel en gebruik ik Twitter. Ik houd toch steeds meer van het korte. Maar soms vind ik het ook heerlijk om voor een brief te gaan zitten.’
Ze is daar dan uren zoet mee. Met als nadeel: kramp in de handen.

Lucy’s website kun je bezoeken op www.lablambriex.nl

Wie schrijft die blijft (4): webredactrice Monique van Loon

Na Laura beroept zich komt er eindelijk een nieuwe interviewserie op mijn blog: wie schrijft die blijft. In deze serie interview ik mensen die voor hun beroep schrijven, op wat voor manier ook. Denk aan een romanschrijver of een webredactrice zoals Monique van Loon. Ik ben erg benieuwd wat jullie ervan vinden, ik vind het in ieder geval erg leuk om te doen!

Monique van Loon

Op haar veertiende begon Monique van Loon met de site die nu is uitgegroeid tot één van de grootste Nederlandse websites voor jonge meisjes: Girlscene.nl
‘Het scheelde dat ik één van de eerste was met zo’n site die door een jong meisje werd gerund. Dan heb je al een voorsprong. In die tijd was er nog geen Facebook of Twitter. Het was meer dat meisjes naar anderen mailden of het aan hun vriendinnen vertelden. Ik heb nooit geld uitgegeven aan reclame. Maar omdat het een opvallend verhaal was, kwam ik in de media en zo is de site langzaam groter gegroeid.’
Op haar 22ste is ze met Girlscene gestopt en mede-eigenaar geworden van de culinaire website Culy.nl (leuke website over eten van de makers van Froot.nl en NSMBL.nl).

Wat Marco Borsato en stukjes schrijven met elkaar te maken hebben

Monique denkt vaak na over de lezer. Ze vraagt zich dan af: wie is de lezer, wat wil diegene lezen en hoe kan ik het nog beter maken? Ook vraagt ze constant feedback aan de lezers.
‘Ik heb altijd gezegd: Marco Borsato zingt ook geen liedjes voor zijn fans die niemand mee zingt. Je moet de dingen doen die mensen tof vinden. Zij zijn jouw fans, je publiek, je lezers: zonder hen ben je helemaal niets. Je kunt alleen maar geld verdienen met een site als er bezoekers op zitten. Net zoals dat je alleen cd’s kunt verkopen als je fans hebt. Ik denk ook wel dat dat een deel van het succes is. Je moet altijd blijven terugkoppelen.’

De randactiviteiten

Schrijven voor een website is leuk, maar er zijn ook dingen die je moet doen waar niet veel mensen aan denken.
‘Het is vooral veel regelen, heel veel mailen. Ik ben het meeste van de dag, naast het schrijven, bezig met bellen en mailen. Mensen denken vaak: oh, er staat een artikel online. Maar er gaat veel research aan vooraf, bij de één wat meer dan bij de ander. En je bent met een team, dus heb je veel contact met elkaar. Er zijn meetings, je denkt na over wat je met de site verder wil.’
Bijvoorbeeld een verslag over een restaurant is niet alleen gezellig eten: ‘Het is heel leuk en het eten is ook fijn. Maar je moet erheen, je moet opletten, alles opschrijven en alles fotograferen. Je zit niet relaxed in een restaurant. Ik zit eerst vijf minuten te wachten met mijn bord eten, omdat ik mooie foto’s wil maken uit alle hoeken. Je bent heel erg bezig met: wat is dit, wat proef ik? Je eet anders dan wanneer je gewoon gezellig uit eten gaat.’

Schrijven voor het internet

Bij het schrijven voor internet moet je op een aantal zaken letten. Wie is de doelgroep? Wat wil diegene lezen, niet alleen qua onderwerpen, maar ook op welke manier. Moet het simpel zijn, gebruik je Engelse woorden, moet het lang of moet het kort? Daarnaast is bij Culy.nl ook iets anders belangrijk.
‘Wat wij belangrijk vinden bij Culy is dat het artikelen zijn die je wil delen. Wij leven echt van de links op Twitter en Facebook en dergelijke. Dus als mensen denken: leuk artikel, maar dat ga ik toch echt niet met mijn vrienden delen, dan missen wij een heleboel inkomsten. Bovendien krijgen we door die links veel bezoekers. Dus daar probeer ik altijd op te letten. En bij internet moeten de koppen net iets spannender en net iets korter en met een twist of iets dergelijks, want het is geen krant die je open slaat. Het is echt: klik ik hierop of niet?’

Vrolijk opstaan en vrolijk naar bed gaan

De belangrijkste tip van Monique voor mensen die voor het internet schrijven is dat je het onderwerp waarover je site gaat echt heel leuk moet vinden, anders houd je het niet vol.
‘Het moet echt iets zijn wat jij kan lezen, schrijven en ademen. Waarvan je je moet voorstellen: als ik ermee op sta, word ik er vrolijk van en als ik ermee naar bed ga, word ik er vrolijk van. Daar geloof ik in.’

En ik ben het helemaal met haar eens!

(Als jullie nog suggesties hebben voor mensen die ik kan interviewen, dan hoor ik dat graag! :)

Mijn talent met schriftjes

Ik heb nogal wat schriften. Dat kun je op de foto zien. Dit is nog niet eens de helft. Nu zou je misschien verwachten dat die schriften vol staan met geniale dingen net zoals mijn blog (grapjeeeeeee, mensen), maar niets is minder waar. Er staat amper wat in.

Ik heb namelijk een talent en dat talent is: beginnen met het schrijven in zo’n schriftje en daarna nooit meer.

Maar vandaag zal ik een tipje van de sluier oplichten en jullie laten weten wat in een paar van die schriftjes staan. Goed, schriftje nummer één, er staat onder andere dit in:

ὁ νεανίας
τοῦ νεανίου
τῷ νεανίᾳ
τόν νεανίαν
οἱ νεανίαι
τῶν νεανιῶν
τοῖς νεανίαις
τούς νεανίας

Het lijkt geheimtaal, maar het is gewoon een vervoeging van het oud-Griekse woord voor jongeman. Hebben jullie weer wat geleerd voor vandaag!

Het volgende schrift bevat een fragment uit een debiel verhaal dat ik ooit schreef. Ik weet niet hoe oud ik was, maar in ieder geval niet oud/slim genoeg om te weten dat je Oud-Grieks niet kunt spreken, aangezien het een dode taal is. Hier een stukje ervan over de angst der angsten, spinnen:
Maar goed, intussen zit die spin nog steeds op mijn muur. Volgens mij wil hij me vermoorden. Oh god, wat moet ik doen? Ik wil nog niet dood, er zijn nog zoveel dingen die ik wil doen met mijn leven, ik moet nog beroemd worden en een bestseller schrijven, optreden met mijn geweldige band, de eerste crimineel worden die Chinees, IJslands en Oud-Grieks kan spreken en daar gaat die godvergeten kutspin nu een einde aan maken? 
Hmm, eigenlijk is hij wel lief. Hij beweegt zeer sierlijk met zijn lange, dunne poten en die oogjes, aww, wat schattig! Volgens mij, ja, volgens mij ben ik écht verliefd. Maar-
‘Hoe heet je eigenlijk?’ vraag ik aan hem.
Hij knipoogt en schenkt me een heerlijke glimlach.
‘Prins.’
Prins. Wat een geweldige naam. Heette ik maar zo. Alles beter dan Bobje.
‘Weet je, Prins, je bent de aantrekkelijkste spin die ik ook gezien heb.’
‘Ja, dat weet ik.’
En hij is nog slim ook.

Uit dit korte fragment concludeer ik dat het wel meevalt met wat voor gekke dingen ik nu schrijf. Vroeger was het vele malen erger.

Dan heb ik nog een superleuk schrift die ik bij hield tijdens de Romereis toen ik in de vierde zat. Het staat vol citaten van leraren, rare versjes en ook een sfeerverslag van de busreis (de witharige man is de leraar klassieke talen):
De wielen van de bus gingen rond en rond, terwijl op de achtergrond de melodieuze klanken van ‘Daddy Cool’ te horen waren. Verscheidene mensen waren verzeild in dromenland en brachten daarbij wonderbaarlijke geluiden uit. Op één van de voorste stoelen zat een mysterieuze, witharige man die een taal voortbracht uit vergane landen. Kortom: een weerspiegeling van een reis naar een plaats ver van hier.
Ook staat er een schokkende mededeling in: ik ben net door een dik, Italiaans jongetje met een enorme rugzak doodgeschoten. Huilerdehuil.

Ook heb ik een schriftje bijgehouden toen ik voor het eerst met vriendinnen op vakantie ging. We gingen twee weken naar Rimini, het Salou van Italië. Ja, ik weet ook niet wat ik dacht. Laten we het erop houden dat ik sinds die tijd een stuk wijzer ben geworden qua vakantiebestemmingen.
Er staan onder andere lijstjes in van wat ik precies heb gekocht (ik had niet zoveel geld te besteden, dus ik wilde weten wat ik nou precies had uitgegeven. Ik denk dat het lijstje van dag 10 wel een beetje laat zien hoe het was:
Zakmes: €5,- (cadeautje voor mijn broertje).
Drank: €4,50.
Hotdog: €4,-
Internet: €1,-
Campari: €1,40.
Fiets: €1,-
Cola: €3,-
———————–
Dag 10: €19,90.

Ook staan er befaamde quotes in van mijn vriendinnen als “Ik vind dat hersenen eruit zien als spaghetti.’ en ‘Jullie lachen me af!’

In één schriftje staat heel groot: WERKBRIEFJE AFLEVEREN BIJ TRUUS. Wie Truus is, kun je hier lezen. Helaas is niets aan dat blogje overdreven.
En in een vakantieschriftje staat: zoveel mensen hebben al gezwaaid: 19. Toen was ik al een fanatieke zwaaier.

Ik heb vooral veel schriftjes met (onafgemaakt) verhalen en van vakanties. Ook zitten er veel lege schriften tussen. Ik vind het in ieder geval grappig om terug te lezen!

Heb jij veel (half lege) schriften?

Wie schrijft die blijft (2): beautyblogger Vera


Bron: veracamilla.nl

Na Laura beroept zich komt er eindelijk een nieuwe interviewserie op mijn blog: wie schrijft die blijft. In deze serie interview ik mensen die voor hun beroep schrijven, op wat voor manier ook. Denk aan een columniste of een beautyblogger als Vera. Ik ben erg benieuwd wat jullie ervan vinden, ik vind het in ieder geval erg leuk om te doen!

Vera Camilla Lucker

Waarschijnlijk kennen jullie haar al: Vera Camilla Lucker. Een twintigjarig meisje dat haar geld verdient met haar beautyblog.
Vera deed een grafische opleiding, maar miste het schrijven. Daarom startte ze een blog op web-log.nl, over make-up. Op een gegeven moment kwamen er steeds meer bezoekers en wilde ze het serieuzer aanpakken. Daarom kocht ze een eigen domein: veracamilla.nl en na een tijdje besloot ze ook fulltime te bloggen: ‘Mijn opleiding verliep niet goed. Ik moest opeens blijven zitten, terwijl ik hard werkte en goede cijfers haalde. Dus toen dacht ik: ik stop ermee en kijk wel wat ik in de toekomst ga doen. De aankomende jaren wil ik blijven bloggen. In de toekomst wil ik misschien voor de radio of de televisie gaan werken.’

Cijfers, geen hoofden

Vera probeert zoveel mogelijk vooruit te plannen, maar dat lukt niet altijd. Meestal schrijft ze twee dagen vooruit, zodat ze zich het kan veroorloven als er wat gebeurt (zoals ziekte) om er even tussenuit te gaan.
Soms denkt ze erover na wie haar blog allemaal lezen: ‘Wat wel moeilijk is: als ik naar mijn statistieken kijk, zie ik cijfers, geen hoofden. Daarom vind ik het heel leuk als lezeressen me aanspreken, want dan krijg ik er een beter beeld van. Maar het blijft gissen, want bijvoorbeeld oudere lezeressen zijn minder betrokken.’

Onbegrip

Wanneer Vera vertelt dat ze haar geld verdient met bloggen, reageren mensen altijd positief, maar echt begrijpen doen ze het niet. Ze snappen niet hoe je er geld mee kunt verdienen (dat gebeurt overigens via advertenties).
Ook krijgt ze wel eens te maken met vooroordelen: ‘Mensen denken dat het het eigenlijk alleen maar leuk is, lekker gratis make-up krijgen, een beetje filmpjes maken. Het is hartstikke leuk, maar niet alleen maar leuk. Je hebt wel verplichtingen en je moet ook zorgen dat het geld binnen komt.’
Ook zijn er randactiviteiten waar mensen niet zo snel aan denken: ‘Alle mails beantwoorden van lezeressen, maar ook van persbedrijven. Reacties lezen en beantwoorden. Daar ben ik echt veel tijd aan kwijt. En als ik pakketjes krijg, dan moet ik de persinformatie erover lezen en producten op de foto zetten, die foto’s bewerken. Het is niet dat je het even neer legt, klik, en klaar is het. En natuurlijk ook perspresentaties en dergelijke. Dat zijn ook allemaal dingen die veel tijd in beslag nemen, zodat je niet kan bloggen. Er blijft altijd wel onbegrip, dat mensen het niet snappen. Maar dat begrijp ik ook, dat je het gewoon echt moet doen om het te begrijpen.’

Origineel… of niet?

Wat ik vaak merk, is dat beautybloggers over hetzelfde schrijven. Wat vindt Vera daar eigenlijk van?
‘Ik denk dat het heel  goed is dat juist meerdere blogs erover reviewen, omdat je dan meer meningen hebt om te vergelijken. Dan kun je een betere keuze maken of je een product wil kopen, vooral als het iets duurders is of echt iets innovatiefs. Maar als ik al op vijf andere blogs een review heb gelezen over een product, schrijf ik er niets meer over. Daar hebben bezoekers ook geen zin in. Maar ik vind het zelf ook prettig om meerdere reviews te lezen als ik een product wil kopen. Dus ja, ik vind wel dat dat kan.’
Momenteel zijn blogjes waarbij er een kijkje in het leven een blogger (de week van, iPhone-foto’s etc.) populair. Vera vindt dat ook leuk, maar probeert er dan een eigen draai aan te geven.
‘Ik heb bijvoorbeeld een blogje gemaakt over foto’s van mijn verslavingen. Dan is het toch een persoonlijke kijkje, maar dan anders verpakt.’

Momenteel is Vera één van de grootste beautybloggers van Nederland. Wat ze in de toekomst gaat doen, is dus niet helemaal zeker, maar wie weet zien we haar wel op tv verschijnen!

Ik heb Vera ook nog gevraagd een stukje te schrijven over dit onderwerp en dit is wat ze geschreven heeft:

‘Full-time bloggen is best wel iets bijzonders. Je hebt er geen diploma voor nodig, maar het is maar voor een klein aantal van de honderden bloggers in Nederland weggelegd. En wat ga je dan in de toekomst doen? Je kunt toch niet voor eeuwig blijven bloggen? Ik kan alleen voor mezelf spreken als ik zeg: ik weet het niet. Vind ik dat erg? Nee. Mijn beautyblog veracamilla.nl is een droom die is uitgekomen. Een droom die is uitgekomen, maar die soms nog steeds een beetje op een droom lijkt. Is dit echt? Ik knijp mezelf nog regelmatig.  

Ik heb ontzettend veel van mijn blog geleerd. Ik ben beter door gaan schrijven, fotograferen, communiceren. Ik vond het interview met Laura leuk en ik had het gevoel dat ze mij ook echt snapte. Dank daarvoor!’

Ik vond het leuk om Vera te interviewen. Het is interessant om te zien dat je geld kunt verdienen met een beautyblog, alleen beseffen veel mensen niet dat het niet alleen maar leuk is. Hopelijk biedt het interview je een ander perspectief op beautyblogs, ik ben er in ieder geval wel anders over gaan denken!

Vijf tips voor het schrijven van een column

Wat ik één van de leukste rubrieken vind in tijdschriften? Columns natuurlijk! Ze zijn grappig, soms confronterend, persoonlijk. En zelf columns schrijven is ook leuk, maar hoe moet dat eigenlijk? Nu ben ik geen pro (maar een amateurtje, zoals dat heet, maar dat klinkt wel heel zielig eigenlijk), maar toch geef ik een aantal tips. Misschien heb je er nog wat aan.

1. Gebruik humor.
Wat zijn de leukste columns? Die met humor. Probeer dus niet altijd serieus te zijn, maar zet er af en toe een leuk grapje tussen. Vooral handig bij de eerste en/of laatste zin.

2. Maak het persoonlijk.
Ik ben nieuwsgierig, jij bent nieuwsgierig (geef maar toe), iedereen is nieuwsgierig. Je hoeft me niet te vertellen dat je in je neus peutert en wat je allemaal op de wc doet (liever niet), maar als je wat persoonlijker wordt, zorgt het er ook voor dat mensen zich met je kunnen identificeren.

3. Probeer niet alleen iets af te kraken.
Dit is erg moeilijk en ik moet zeggen dat het mij ook niet altijd lukt. Want het is makkelijk en stiekem ook wel leuk om bijvoorbeeld Oh Oh Cherso af te kraken. Als je er dan toch voor kiest om dat te doen, zorg er dan ook voor dat je iets positiefs/leuks benadrukt, zodat het niet alleen maar gezeur wordt.

4. Lees, lees, lees, lees meer!
Ja, die tip komt van een liedje van Annie M.G. Schmidt (Heeft iemand de serie Annie M.G. gezien? Hele leuke serie!).  Lees vooral veel columns van anderen en leer daar ook van.

5. Veel oefenen.
Oké, dit is een open deur, maar ik noem hem toch maar. Een goede column schrijven is niet iets wat in één keer lukt. Dus oefen veel, bijvoorbeeld in de schoolkrant of op een blog natuurlijk :)

Schrijven jullie wel eens columns? En hebben jullie nog meer tips?