Help Laura aan een bijbaan en ontvang eeuwige dank!


Ik heb het brood en water maar alvast klaargezet. 

Ik woon op mezelf. Dat was jullie al duidelijk. Nu beseffen jullie wel, zo’n kamer betaalt zichzelf niet (flauw hoor). Oftewel: ik heb een bijbaantje nodig. Ik geef momenteel bijles, maar zo toereikend is dat niet en bovendien is het voor dit bijleskindje maar tijdelijk, omdat het alleen voor een schoolexamen is. Ik vrees dat ik daarna zal moeten leven van brood en water, tenzij jullie me natuurlijk helpen aan een bijbaan. Ja, ik schuif de verantwoordelijkheid gewoon op jullie over, daar doe ik niet moeilijk over.

‘Nou, oké, vooruit dan, Laura, maar dan willen we wel weten wat voor werkervaring je hebt.’
Ik zal het jullie vertellen.

1. Een vakantiebaantje in een bejaardentehuis.
Hier heb ik al eerder over geschreven, maar even samengevat: collega’s waren chagrijnige trienen, de baas (Truus, geen grapje) een nog chagrijniger trien en zinnen als ‘Hullie hebben dat gedaan.’ werden als heel normaal beschouwd.
Wat ik hiervan heb geleerd: ik moet zorgen dat ik mijn studie afmaak.

2. Een bijbaantje in een niet nader te noemen winkel, wat niet uitmaakt ook, want jullie kennen het vast niet.
Ik moest schoonmaken, producten in de schappen zetten en een trui in maat L (ook geen grapje helaas) dragen. En nog hadden mensen het lef om te vragen of ik hier werkte. ‘NEE, IK DOE VOOR MIJN LOL ZO’N DEBIELE TRUI AAN.’
Wat ik hiervan heb geleerd: ik moet zorgen dat ik mijn studie afmaak.

3. Telefonisch enquêteur.
Dit heb ik twee weken volgehouden. Dat zegt misschien al genoeg.
Wat ik hiervan heb geleerd: ik moet zorgen dat ik mijn studie afmaak.

4. Eén dag dozen vouwen.
Ik ben hiermee veel hersencellen verloren. Dat kun je hier lezen.
Wat ik hiervan heb geleerd: ik moet zorgen dat ik mijn studie afmaak.

5. Bijles geven.
Hiermee heb ik al vier jaar ervaring (dat klinkt alsof ik heel oud ben, wat ik ook ben natuurlijk). Twee jaar op de middelbare school, twee jaar bij StudentsPlus. Dit is van alle bijbaantjes de beste.
Wat ik hiervan heb geleerd: hoewel er veel ergere bijbaantjes zijn, moet ik toch zorgen dat ik mijn studie afmaak.

Daarnaast doe ik ook aan vrijwilligerswerk en dat is een stuk leuker:

6. Werken met verstandelijk gehandicapten.
Ik liep met een vrouw van het Syndroom van Down naar de streetdanceles (dat mag ze niet alleen) en in de tussentijd dat zij danste, speelde ik spelletjes met de andere inwoners van het appartementencomplex waar verstandelijke gehandicapten onder begeleiding woonden.
Wat ik hiervan heb geleerd: het beeld dat voornamelijk verstandelijk gehandicapten naar Frans Bauer luisteren, klopt.

7. Taalcoach bij het Rode Kruis.
Taalcoach klinkt ingewikkelder dan het is, maar het komt er eigenlijk op neer dat je leuke dingen gaat doen met de inburgeraar aan wie je gekoppeld ben (ik ben gekoppeld aan een Birmese vrouw) en dat die persoon zo spelenderwijs de taal beter leert spreken.
Wat ik hiervan heb geleerd: Birmees eten valt ook onder vrijwilligerswerk en is erg lekker. Ik heb er bovendien nog een aantal Birmese aanbidders aan over gehouden en dat kunnen toch niet veel mensen zeggen.

Daarnaast heb ik nog de nodige schrijfervaring op websites, maar de kans dat ik daarin een bijbaantje ga vinden, lijkt me klein. Goed, nu jullie mijn CV weten (mijn kwaliteiten weten jullie immers al: slim, ambitieus, aardig, lief, fantastisch, geweldig etc.), vraag ik jullie hulp!

Wie weet een (flexibel) bijbaantje van 8/12 uur in de week in de omgeving Leiden/Oegstgeest? Ideeën voor wat een flexibel bijbaantje is, zijn ook welkom.

En degene met de gouden tip? Die krijgt helaas wederom geen magnetron, want die van mij is nog steeds niet zo oud. Maar wel eeuwige dank en dat is ook wat waard (misschien).

Reageren op reacties

Stel, je begint een blog. Eerst zul je misschien wel helemaal geen reacties krijgen, maar na een tijdje stromen ze steeds vaker binnen. Reacties van je vrienden, je oma (als je een hippe oma hebt) en later ook van andere bloggers. En dan is de vraag: wat doe je daar dan mee?

Er zijn bloggers die op elke reactie reageren. Er zijn bloggers die op geen enkele reactie reageren. Ik zal eerst vertellen wat ik daarvan vind (en voel je niet persoonlijk aangevallen, je moet vooral doen wat je zelf wil).

Bloggers die op elke reactie reageren: ik vind het heel aardig dat mensen dat doen, maar op een gegeven moment houdt dat wel op. Ten eerste, omdat het teveel wordt. Niet arrogant bedoeld, maar als ik op elke reactie van jullie moet reageren, dan ben ik wel even bezig. En ten tweede hóef je ook niet op alles te reageren. Als iemand zegt ‘Daar ben ik het mee eens.’, dan heeft het toch geen zin voor mij om iets als ‘Oh mooi!’ te zeggen? Het voegt niets toe en die persoon heeft er ook niet zoveel aan.

Bloggers die op geen enkele reactie reageren: eigenlijk vind ik dit niet zo goed. Ik heb wel eens dat ik op een blog een vraag stel of een opmerking plaats waar ik graag antwoord op zou willen hebben en dat gewoon niet krijg (in het geval dat ik onthouden heb dat ik iets vroeg op een andere blog, want dat gebeurt ook niet altijd, maar ja, ik ben dan ook al 21). Het is eigenlijk, als je het heel zakelijk wil zien, een stukje klantvriendelijkheid. Het laat ook zien dat jij luistert naar je lezer en die waardeert. Goed, retorische vragen en soms niet-serieuze vragen hoef je niet te beantwoorden, maar voor de rest is het toch wel zo fijn.

En wat doe ik zelf? Ik reageer niet op alles, want dat is niet te doen. Maar vragen beantwoord ik wel (en mocht ik dat ooit niet gedaan hebben, dan mag je me slaan) en op andere reacties die ik boeiend of iets dergelijks vind, reageer ik ook.

Waarom ik dit blogje schrijf? Eerlijk gezegd uit ergernis. Er zijn blogs waar gewoon niet gereageerd wordt op reacties en dat vind ik vervelend! Dus lieve bloggers: reageer!

(Oh en voor mensen die zeggen: ja, maar ik doe het niet voor de bezoekers. Dan kun je net zo goed de mogelijkheid tot reageren sluiten!)

Meer voorlichting aub

Het idee voor deze blog kreeg ik door Shirley.

Al een tijdje krijgen kindjes op school seksuele voorlichting. U weet hoe dat gaat, iets met een banaan en een condoom. Dat is normaal. Zestienjarige kindjes die zélf kindjes krijgen zoals in Amerika vaak gebeurt, willen we graag voorkomen in Nederland. Ik zou graag nog meer willen voorkomen.

Meisjes van twaalf die foto’s van zichzelf in bikini op Facebook zetten. Ouders die baby Splinter (want zo heten baby’s tegenwoordig) in bad doen, daar een foto van maken en op hun mamablog plaatsen. Pubers die twitteren dat ze twee weken alleen thuis zijn.

Wat kindjes en ook ‘grote mensen’ niet altijd doorhebben, is dat ze niet de enige zijn die op internet zitten. Op het internet zitten ook pedofielen, inbrekers, stalkers, kortom: enge mensen. En dat betekent dat je op moet passen met wat je op het internet zit. Die leuke jongen ziet jouw bikinifoto en liket het, maar de vader van je beste vriendin die je op Facebook hebt ook. Die foto van Spijker (want zo heten baby’s tegenwoordig) is wel enorm schattig, maar ook een pedofiel ziet die blote billetjes.

Zoals jullie heel misschien nog weten, ben ik een maand geleden ofzo op vakantie geweest. Daar hebben jullie niks van gemerkt. Ik ben niet anoniem en ik was met mijn ouders op vakantie en als je dat dan vermeldt, neem je een bepaald risico.
‘Hoe groot is nou de kans dat iemand leest dat jij op vakantie bent, Laura?’
Misschien niet zo groot, maar ik zou het risico toch niet willen nemen (en ik denk mijn ouders ook niet).

Maar veel mensen denken niet na over wat ze op internet zetten en vooral kinderen niet. Dus geef naast seksuele voorlichting ook internetvoorlichting op de basis- en middelbare school.

En vanaf nu dus nooit meer twitteren dat je alleen thuis bent!

De verkiezingen en ik: dit zijn helaas geen grapjes

De verkiezingen. Ach ja. Zoveel debatten en programma’s waarin de lijsttrekkers verschenen zijn. Ik geef het eerlijk toe: ik heb niet alles gezien. Maar ik denk dat wat ik gezien heb wel zo’n beetje representatief is voor de verkiezingen dit jaar. En ik kan u vertellen: het lijkt één grote grap.

Dit kwam er onder andere op tv:
– Lijsttrekkers die foto’s zien van andere lijsttrekkers en daar dan een grappige zin bij moeten bedenken (a la ‘Dit was het nieuws’).
– Lijsttrekkers die niet meezingen met het verjaardagsliedje voor Geert Wilders (de onderlinge verhoudingen worden zo des te meer duidelijk).
– Meisjes met hoofddoeken die het eens zijn met Geert Wilders in het Jeugdjournaldebat (goed, het ging niet over de islam, maar het blijft ironisch).
– Lijsttrekkers die blikken met foto’s van andere lijsttrekkers om moesten gooien met ballen. Of dat was althans de bedoeling bij het programma ‘Wat kiest Nederland?’ van rtl 4 vertelde Rob Wijnberg (hoofdredacteur nrc.next) tijdens het openingscollege van mijn minor Journalistiek en Nieuwe Media. Dat iemand überhaupt op dit idee komt, geeft het niveau bij rtl wel aan.

Daarnaast nog meer geen-grapjes. Ik deed de stemwijzer toen ik op vakantie was, want je moet toch wat op vakantie. Drie keer raden wat ik op één had.

Nee, het was gelukkig niet de PVV.

Het was de… 50+partij! Jawel, ik ben dan nog maar 21, maar blijkbaar een oude ziel in een jong lichaam. Dit is echter niets vergeleken met de nummer twee.

Nee, het was gelukkig niet de PVV.

Het was de… SGP. Ja. Die partij zonder vrouwen. Ja, die partij die zegt dat er vrijwel geen kans op zwangerschap is na een verkrachting, dus alsnog tegen abortus is. Ja.

Ik wil niet weten wat dit zegt over mij.

Ik kan u in ieder geval dit vertellen: ik ga me niet houden aan wat de stemwijzer tegen me zegt.

Ik heb mijn principes opzij gegooid en nu kloppen een paar blogjes niet meer

Ik zal het maar meteen bekennen: ik heb een smartphone. En niet eens zomaar een smartphone, ik schijn de hipste op dit moment te hebben (van Samsung dan, want ik ben dan natuurlijk weer niet net zo hip dat ik een iPhone heb): een Samsung Galaxy S Advance. Iemand op Twitter vroeg of je daarvoor hoogopgeleid (advanced) moet zijn en dat denk ik wel, al hoefde ik mijn diploma niet te laten zien.

Zoveel mensen hebben een smartphone. Daar is niets geks aan. Maar ik heb mooi wel een probleem. Want nu kloppen een paar blogjes niet.

Ooit schreef ik dat ik enorm blij was dat ik geen WhatsApp had. WhatsApp was stom. Op WhatsApp kon je namelijk zien of iemand je berichtje had gelezen (die functie heeft Facebook nu helaas ook). Mensen worden boos als ze zien dat je het gelezen hebt, maar niet reageert. Mensen communiceren niet meer zoals we al jaren doen (door te praten, weten jullie nog wat dat is, praten?), maar ze appen. Op WhatsApp gebeurt heel veel. Relaties worden opgebouwd, relaties worden vooral afgebouwd (No way dat je iemand nu gaat sms’en dat het uit is, nee, kom op zeg, dat kost geld, doe maar liever via WhatsApp) en ruzies worden uitgevochten. Oftewel: ik vond WhatsApp superduperstom. Zelfs nog stommer dan MSN en dat is zo’n beetje onmogelijk.

En toen liep mijn abonnement af. Ik behoorde tot de selecte (die zichzelf erg elitair bevond) groep die geen smartphone had. Maar ja, dan moet je toch kiezen en denk je: goh, best handig zo’n smartphone. Ik bedoel, er zit niet voor niets het woord ‘smart’ in. Ik ben zelf ook wel ‘smart’. Eén plus één is twee en dan heb je hem opeens.

Het eerste wat ik deed, was WhatsApp installeren. Sterker nog: ik heb het zelfs al gebruikt.

Dus het spijt me heel erg dat dat blogje nu niet klopt en om te voorkomen dat het blogje van een paar dagen terug (over mensen die alleen maar met hun telefoon bezig zijn) ook niet klopt, zal ik een lijstje maken van dingen die ik (hopelijk) niet ga doen nu ik een smartphone heb.

Wat ik hoop niet te doen:
– Boos/nee, kwaad/nee, woest/nee, teleurgesteld zijn als ik zie dat iemand mijn WhatsAppberichtje heeft gelezen (ik ben nog steeds in verwarring of dat nou wel of niet kan, maar laten we even uitgaan van wel), maar toch niet reageert. Zelfs niet als een leuke jongen is.
– Levendiger gesprekken met mijn WhatsAppvriendjes voeren dan met mijn real life gesprekpartners.
– In paniek raken als mijn mobiel: op de grond valt/leeg is/kwijt is, maar één minuut later op een volkomen logische plek blijft te zijn/vies is/duidelijk aangeeft dat ik een smsje dan wel WhatsAppje van iemand heb gekregen, maar ik die op het moment niet kan bekijken door iets totaal onbelangrijks als een werkcollege of iets dergelijks.
– Een Instagramaccount aanmaken en dan foto’s maken van mijn eten, mijn hond die ik niet heb, mijn drinken, weilanden, mijn snacks, outfits of mijn eyeliner of the day. Uiteraard met een mooi effectje erover. En dan beweren dat ik Instagram al heeeeel lang kende, hipster dat ik ben, maar dat ik het eigenlijk niet meer zo leuk vind nu het mainstream is. En dan toch gebruiken.
– Duizend apps gebruiken en dan vooral spelletjes a la Wordfeud en Rumble.

Wens me succes. Ik zal het nodig hebben.

De citatenoogst (3)

Ik vond dat dit onderdeel (aangezien ik dit al voor de derde keer doe, vind ik het wel een onderdeel geworden) wel een naam moest komen en nou ja, die is er nu dus. Deel twee vind je hier. In ‘De citatenoogst’ plaats ik citaten uit boeken, films, muziek of die ‘gewoon’ door mensen zijn gezegd. En waarom? Omdat citaten zo mooi/inspirerend/grappig/interessant kunnen zijn.

1. Amélie.

Amélie is echt een geweldige film (kijken, kijken, kijken!) en zit ook vol met geweldige citaten. Waaronder deze dus. Een goede manier om iemand uit te schelden, vind ik!

‘You could never be a vegetable, because artichokes have hearts.’ 

2. Doe maar – Tijd genoeg.

Doe Maar vind ik sowieso een leuke band (‘Liefde is een vreemde ziekte.’, dat soort teksten), maar ze hebben ook liedjes die meer serieus zijn (maar alsnog niet superserieus). Uit het liedje ‘Tijd genoeg’ vond ik dit een mooi citaat:

‘Maar al zijn die dagen nog zo grauw
Ik weet het zeker als jij wou
Dan verfde jij de wolken blauw.’

Sowieso vind ik het concept van het liedje leuk, in de zin dat het ingaat tegen de algemene opinie. Mensen hebben altijd haast, druk, druk, druk. Je moet nog dit doen en dat doen, want zoveel tijd heb je niet. Maar dit liedje is daar een tegenhanger van en zegt dat je juist wel tijd genoeg hebt. Doe maar rustig aan. Het komt wel goed. En daar gaat het citaat ook over, het gaat om jouw perceptie over de dingen. De dagen zijn niet grauw als jíj de wolken blauw verft oftewel als jíj er niet negatief tegenover staat.

3. Martin Bril – Meisjes.
Dit is een columnbundel van Martin Bril die, u raadt het misschien al, over meisjes gaat. Onderstaand stukje komt uit de column die ‘Praktisch’ heet:

‘Er passeerde een jong gezin – vader, moeder, jongetje, meisje – dat één appel deelde, zo’n glimmende groene die vroeger verboden was omdat hij uit een dictatuur kwam. Nadat de moeder een hap had genomen, gaf ze de appel door aan haar dochter, die precies aan de andere kant van de appel haar beet plaatste en de vrucht toen snel doorgaf aan papa, die de twee beten verbond door een enorme hap te nemen.’

Ik vond het eigenlijk wel iets symbolisch hebben. Ze zijn allemaal met elkaar verbonden, de ouders en het kind, en dat door de metafoor (hoewel het wel echt gebeurd is) van het eten van een appel.

4. Toon Tellegen – Waarom schrijf ik. 

Toon Tellegen vind ik geweldig, maar dat weet je misschien wel. De mooiste regel uit dit gedicht vind ik deze:

‘Ik schrijf omdat ik wil schrijven
dat ik gelukkig ben.’

Maar eigenlijk is het hele gedicht gewoon geweldig. Aangezien ik het niet zomaar op mijn blog kan zetten, verwijs ik jullie door naar deze website, waar hij volledig op staat (even scrollen en dan staat hij rechts).

5. Haruki Murakami – 1q84, boek 1.

Geweldige boekenreeks. Ga het lezen en laat je niet tegenhouden door de dikte van het boek (hoewel die eigenlijk niet zo superduperdik is, het kan veeeeeeeeeeeel dikker). Staan ook mooie citaten in, waaronder deze:

“Dan’ is terra incognita, voor iedereen. Er bestaan geen kaarten van. Wat je om de volgende hoek te wachten staat, kom je alleen aan de weet door die hoek om te slaan’. 

Precies. Je weet niet wat er gaat gebeuren. Dus laat je ook niet tegenhouden, omdat je denkt dat je het wel weet. Doe het gewoon. Sla die hoek om!

Vraagbaak Laura

Misschien denk je wel van: ‘Oooooh, ik ben zo benieuwd wat voor ontbijt Laura eet en welke kleur sokken ze aan heeft.’ Of natuurlijk de zeer belangrijke vraag of ik de voorkeur geef aan een lampje in de vorm van een olifant in mijn kamer, zodat ik de monsters onder mijn bed op tijd kan ontdekken of dat ik het juist liever helemaal donker wil.
Dat kan natuurlijk. En weet je, dat vind ik zielig. Dat jij al weken, zo niet maanden, met die brandende vraag zit, maar ja, er is nooit een blog gekomen over ontbijten of olifantenlampjes dus ja, wanneer moet je dat dan vragen? Zo goed als ik ben, geef ik jullie hierbij de mogelijkheid.

Er zijn al eerder vragen gesteld, zie hier deel één en hier deel twee. Ik kan me voorstellen dat je geen zin hebt om dat door te lezen, maar mocht je dus een vraag stellen die daar al beantwoord is, dan verwijs ik je toch daarnaar toe.

Vorige keer waren er ook geniale vragen zoals: wat is je favoriete dino? En als je niet van dino’s houdt, wat is er dan precies mis mee? Ik daag jullie uit om ook dit jaar geniale/originele vragen te stellen en de winnaar krijgt… Nou ja, geen magnetron, want die van mij is net nieuw. Maar je krijgt in ieder geval alle eer.

Vragen die jullie niet mogen stellen, zijn onder andere:

1. Wat is je telefoonnummer?
Die is alleen voor hele speciale mensen.

2. Mag ik een overzicht van je liefdesgeschiedenis, graag met naam, plaats en datum?
Nein.

3. Kun je een liedje van Nick en Simon noemen dat je wél leuk vindt?
Een onmogelijke opgave en bovendien ga ik mijn tijd niet verspillen met luisteren naar Nick en Simonliedjes!

4. Hoe oud ben je/wat studeer je/hoe lang blog je al/wat is je lievelingskleur?
Zie de over mij-pagina.

5. Jij bent wel klein he?
Goh, dat was me nog niet opgevallen. Goed dat je het zegt, bedankt.

6. Wanneer begin je nou je beautyblog l@ur@liiCii0uSssSsSsSsS-b3autii3l0fUhrRrRrRrR.blogspot.com?
Nooit.

7. Wil je msn’en?
Nooit meer.

8. Mag ik je toevoegen op Hyves?
Alsjeblieft niet.

Nou goed, u snapt het. Waarschijnlijk durven jullie nu niks meer te vragen, maar goed, dat risico neem ik voor lief.

Laura’s brieven: Esmaralda en José

Negenenveertig mensen wilden graag een brief van mij ontvangen. Die brieven schrijven is dan ook wat ik de komende tijd ga doen! Het zijn niet alleen bloggers, maar ook onbekenden of familie. Ik stel vragen (nieuwsgierig als ik ben) en zij geven antwoord!

Esmaralda

Esmaralda’s blog ken ik al een tijdje. Hoewel ze houdt van de muziek van Nick en Simon (kun je het je voorstellen?) volg ik haar blog toch (zo ben ik). Sinds kort heeft ze een nieuw onderdeel, namelijk de ontdekkaarten waar ze ook voor haar werk als jeugdhulpverlener gebruik van maakt met vragen als: ‘Welke eigenschap van jezelf vind je niet leuk?’ Interessante rubriek is dat!

Leuk briefpapier!

Nou, Esmaralda, ik vind wel dat je de Klokkenluider van Notre Dame moet zien hoor! (sowieso dus, niet alleen vanwege je naam haha) Ik vind het erg interessant om te weten van welke hulpmiddelen er gebruikt worden :)

En wat betreft mijn kamer: die is af (of nou ja, een kamer is nooit af, maar je begrijpt wat ik bedoel). En sinds maandag woon ik er!

José

José heeft een leuke blog die voornamelijk over haar hobby boetseren gaat (in oktober, geloof ik, heeft ze een expositie in Leiden). Ze maakt hele leuke dames en andere beeldjes. Af en toe verstopt ze een appeltje in een stad met aanwijzingen op haar blog, zodat haar lezers het kunnen vinden.
Aangezien ze Appel van haar achternaam heet, speelt dit stuk fruit dus een grote rol op haar blog. Zijn jullie ook zo benieuwd of ze korting bij de groenteboer krijgt?

Haha wat geweldig dat José ook daadwerkelijk appeltjesbriefpapier heeft, erg leuk!

Maar jeetje, heette ik ook maar Appel van mijn achternaam, dan krijg je overal korting op! Heeft José geen broer met wie ik kan trouwen ofzo?

Ik hoop met heel mijn hart dat het José toch gaat lukken om mannetjes te tekenen, want ach, die vrouwtjes zijn zo eenzaam. Dat snappen jullie ook wel.

Terug naar Oegstgeest: de eerste 24 uur


Ja, hij is schuin, maar dat is artistiek ofzo. Of luiheid. Nee, nee, dat vast niet.

Maandagavond. Mijn Mutti en ik slepen mijn spullen naar boven (lang leve wonen op driehoog). En wanneer mijn moeder vertrokken is, is het echt zo ver: ik woon op mezelf.

De eerste nacht heb ik overleefd en dat wil heel wat zeggen. Ik heb namelijk een kledingrek naast mijn bed (zie foto) en die is ’s nachts maar liefst twee keer in elkaar gestort, half bovenop mij. Maar dat overleefde ik dus. Je zult de rest van het verslag moeten lezen om erachter te komen of ik de rest van de dag ook overleefd heb, want geloof me: dat zou een wonder zijn.

Ik fixte internet (erg belangrijk voor een dagelijkse blogger) en de dag erna werd ik wakker (‘Serieus?’). Ik ontbeet en daarna kwam alweer de volgende uitdaging: fietsen naar Leiden voor een interview voor studenten.net. Nu moet u weten dat ik in Oegstgeest woon en dat het vijf kilometer is. Dat is echter niet het probleem. Het probleem is de weg vinden. Maar ik kan u blijde mededelen dat het me gelukt is zonder te verdwalen, maar dat is alleen omdat ik de busroute gevolgd heb en niet de korte en snellere route die ik dus niet weet.

Na een dag niet op mijn kamer geweest te zijn kwam ik er rond een uur of vijf weer aan (wederom zonder te verdwalen). Wat moet je dan doen? Juist. Boodschappen.

Ik had het gevoel alsof heel de supermarkt door had dat ik voor het eerst boodschappen voor mezelf deed. Zelfs de caissière keek me aan van: ‘Nou Laura, jij bent duidelijk nieuw hier.’ Maar ook dit is gelukt (schouderklopje voor mezelf).

Daarna ging het mis. Er kwam een vriendin eten. Ben ik bij mijn ouders een kookplaat gewend, heb ik hier een fornuis. Met hulp van die vriendin ging dat nog goed. Maar toen…

Ik ging paprika snijden. Ik had er nog amper in gesneden toen ik een pijnscheut voelde. In mijn duim. Of eerder gezegd, in wat ooit mijn duim was. Ik keek naar beneden en daar lag mijn voormalige duim dan. Bij het zien van al het bloed viel ik flauw. Of ik wakker ben geworden? Dat is voor jou een vraag en voor mij een weet…

Alleen nog maar gebliep

Pas op: dit wordt een zeikblog.

Het is tijdens verjaardagen. Het komt voor in de bioscoop. Het gebeurt soms zelfs midden in een diepgaand gesprek: mensen die meer bezig zijn met hun telefoon dan met anderen.

Allereerst: een keertje een sms’je naar iemand sturen als ik samen met je ben, vind ik niet erg. Maar als het whatsappgesprek dat jij voert levendiger wordt dan ons gesprek dan hebben we wel een probleempje. Ik heb het nu dus over de mensen die echt (geen grapje!) met lijm of iets dergelijks aan hun telefoon geplakt zitten. Al ben je nog zo grappig, praat je nog zo luid, schraap je nog zo hard je keel: ze merken het niet. Daarvoor zijn ze te druk bezig met Wordfeud.

Ik vind het echt asociaal. Toegegeven, ik kijk ook wel eens op mijn mobiel, maar niet de hele tijd. Want dat is het dus met sms’jes en whatsappjes en pingjes (‘Nee Laura, het heet pings.’). Je bent niet verplicht om er meteen op te reageren, het is geheel vrijblijvend. Ja echt.

Wat ik nog het ergste vind, is dat het heel normaal lijkt te zijn als op een verjaardag iedereen naar hun mobiel zit te staren in plaats van naar elkaar. Dan had je net zo goed thuis kunnen blijven, toch?

Dus even een uitdaging, ook al is de ‘Daag jezelf uit’ al geweest: leef een dagje zonder mobiel. Ik heb bijna mijn hele vakantie in Italië gespendeerd en dat was heerlijk!

(‘Oké Laura en dan moet jij eens een dagje zonder computer doen.’ ‘Eh nee, dat lijkt me dan weer géén goed idee.’)