Zenuwwappig

Twee weken geleden had ik een presentatie. Ik houd niet van presentaties. Het gaat steeds beter, maar vroeger dacht ik een week van tevoren al: help! Maar daar heb ik het al eerder over gehad. Het gaat vandaag over het zenuwachtig zijn zelf.

Als er iets vervelend is, dan is het wel zenuwachtig zijn. Want je kan er niet zoveel tegen doen. Je kan niet stil zitten, je handen zweten en je buik doet raar (en nee, het zijn geen vlinders). Je kan alleen maar denken aan dat sollicatiegesprek/die presentatie/de date. De rest van de wereld bestaat even niet.

En het is stom, vooral omdat het vaak zinloos is. Je wéét dat het over gaat, zodra je je (hopelijk) toekomstige baas de hand hebt geschud en gaat zitten of als de eerste woorden gezegd zijn. Maar denken de zenuwen die door je lijf gieren: oh weet je wat? We stoppen wel met gieren, want het heeft toch geen zin en het komt wel goed. Niet dus. Ze gaan gewoon lekker door.

Er is maar één ding dat helpt tegen de zenuwen: datgene waar je zenuwachtig voor bent vaker doen. Ik had het zelf bijvoorbeeld met het ontmoeten van nieuwe mensen en inmiddels heb ik het al zo vaak gedaan dat het geen big deal meer is.

Dat was de wijze Laura-raad van vandaag. Morgen zijn we er weer met nog een tip van tante Laura. Nog een fijne dag gewenst!

Waar ben jij zenuwachtig voor (geweest)?