D.A.N.C.E.

Bron

Ik ga wel eens uit. De laatste tijd niet meer zoveel, dat krijg je met een vriend, vriendinnen die allemaal een andere agenda hebben en geldgebrek. Behalve een wijntje (niet voor iedereen, maar voor de meesten wel) hoort daar ook het dansen bij. Ik kan dit in mijn geval met één woord beschrijven: faal.

Kijk, ik ben niet echt een uitbundig type. Met alcohol gaat dat al wat beter, maar wat het dansen betreft blijft er altijd een rem op zitten. Ik beweeg een beetje heen en weer (‘Laura, waarom dans je niet? Je moet meer met je heupen bewegen!’) en daar blijft het dan ongeveer bij. Ik schud niet met mijn kont, zwiep mijn haren niet heen en weer en ik weet nooit waar ik mijn handen moet laten. Nee, ik ben geen robot en ik heb echt wel ritmegevoel (ik heb op stijldansen gezeten en ik heb goud, dus, puh, helaas krijg je dan niet echt goud, maar is het gewoon een naam). Dus. Ik weet het niet. Pure schaamte.

Totdat ik op mijn kamer ben. Ik zet een leuk nummer op en voordat ik het weet, ga ik los (oké, mijn definitie van los dan, ik ga niet dansen zoals van die vrouwen in boemboem-muziek). Of het goed dansen is, weet ik niet. Maar ik heb er plezier in (niemand die naar me kijkt, geen kanikweldansengedachtes, geen mensen die zeuren dat ik meer moet bewegen) en daar gaat het om.

Dan ga ik nu even verder dansen.