Dingen die ik tegen mijn kat zeg


Ik heb de knapste en slimste kat van de wereld.

(niet lezen als je niet van katten houdt en al helemaal niet van mensen die tegen hun katten praten)

Uiteraard inclusief babystemmetje.

Als ze stout is geweest:
– ‘Dat doen we niet he!’ Ik wijs dan ook met mijn vinger, waar ze vervolgens aan begint te ruiken en te likken.
– ‘FOEI, DIKKIE, FOEI.’
– ‘Dat vindt baasje niet zo leuk.’

Als ik wegga:
– ‘Doei Dikkie! Ik ben zo weer terug. Love you!’
– ‘Doei Dikkie.’ (als ik boos op haar ben)
– ‘…’ (als ik heel erg boos op haar ben)

Als ik terugkom en ze met haar pootjes tegen het raam om me zit te wachten:
‘Heb je me zo gemist? Heb je me zo gemist? Ik jou ook hoor. Ja. Jaaa. Wie is een lief poesje? Ja, dat ben jij.’

Als ze lief doet:
‘Ik hou zoveel van jou. Je bent de mooiste kat die er is.’

Als ze stom doet:
‘Je bent echt de stomste kat die ik ken.’

Als ze na tachtigduizend pogingen eindelijk het veertje te pakken krijgt tijdens het spelen:
‘Wat kan jij goed jagen zeg!’

Als ze uitglijdt door de gladde voer of gewoon onhandig doet:
‘Jij bent niet zo’n slim poesje hè?’

Als ze naar me kijkt:
‘Miauw.’ (en dan in stilte juichen als ze terug miauwt).

Filosofieslet

Bij filosofie heb je eigenlijk twee soorten mensen: leuke gekkies en stomme gekkies. Gelukkig zijn de premasterstudenten allemaal leuke gekkies (duh).

Eén daarvan is Sarah. Sarah is zo’n vervelend optimistisch posi-meisje. ‘Die is aardig! zegt ze over werkelijk elk persoon. Gek genoeg stoort me dat niet zo bij haar en dat terwijl ik een rasechte pessimist ben.
Maar er is één eigenschap van Sarah waar ik me kapot aan erger.

Ze is een filosofieslet.

Nee, het is niet zo dat er op los floepsedewoepst met elke persoon die een studie wijsbegeerte heeft gevolgd. Het is meer dat ze verliefd is. Meestal op dode filosofen, dus dan wordt floepsedewoepsen ook wel wat lastig.

Tijdens het eerste vak brabbelde ze er al op los, zoals verliefde mensen dat wel vaker doen: ‘Oh Epicurus, dat is echt mijn LIEVELINGSfilosoof!’ ‘Aristoteles is ZO leuk!’
Daarna zag ik haar één blok niet, omdat ze andere vakken deed (de trut). Maar in blok drie (dit blok) ging ze weer vrolijk verder: ‘Ik HOU van Hobbes!’ En zelfs als ze zei: ‘Ik HAAT Leibniz.’, dan kwam ze er na enige verdieping in de desbetreffende filosoof toch nog op terug: ‘Ik vind Leibniz ECHT leuk.’ Vermoeiend om bij te houden, al die verliefdheden.

Na lang nadenken kwam ze eindelijk met een filosoof die ze wél echt stom vindt.

Jesse Prinz. Omdat hij blauw haar heeft.

Een gekkie dus. Maar wel een leuke!

Myrthe van der Meer – UP (+ winactie voor de materialistische boekenjunkies onder jullie)

20150306_161451 (1)

Heftig.
Dat is wat ik zou zeggen als iemand me vroeg om UP van Myrthe van der Meer te beschrijven in één woord.

Het is geen boek wat je in een dag leest, lekker liggend op het strand. Eerder een boek dat je oppakt en weer weglegt, omdat het verdrietig maakt. Toch lees je uiteindelijk verder, want het houdt je vast en laat je niet meer los.

Het is het vervolg op PAAZ, dat gaat over dezelfde Emma die opgenomen wordt op de psychiatrische afdeling van het ziekenhuis. In UP gebeurt dat voor de tweede keer en krijgt ze naast het etiketje Asper ook de diagnose manisch-depressief te horen.

Ik vind het heel goed dat er zoveel aandacht wordt besteed aan dit boek. Er heerst nog steeds een enorm stigma op psychische ziekten. Denk aan mensen die tegen iemand die depressief zeggen: ‘Je moet gewoon naar het positieve kijken.’
Waarom accepteren we het wel als iemand een gebroken been heeft, maar ben je gek of een aansteller als je een psychische stoornis hebt? Misschien, omdat we er niet genoeg kennis van hebben. Gelukkig zijn er boeken.

Dus ik zou zeggen: lees het. Je hoeft niet eens aan te komen met smoesjes als ‘Geen geld.’, want je kunt namelijk een UP-goodiebag winnen! Op de foto zie je waar dat allemaal uit bestaat (exclusief enorm grote boekenkast vol boeken, die ik eigenhandig met collega’s erin heb gezet, want The House of Books, de uitgeverij van Myrthe van der Meer, is namelijk onderdeel van mijn oude stage).

Wat je ervoor moet doen? Gewoon reageren, het liefst iets origineels (Geen ‘Leuk geschreven!’ of ‘Ik volg jou, volg je mij ook?’ dus). En voor de mensen die enkel meedoen voor het winnen of om de boeken later weer door te verkopen: alleen mensen die al vaker gereageerd hebben of van wie ik weet dat ze mijn blog lezen mogen meedoen.

22 maart mail ik de winnaar!

(Voordat jullie denken dat ik een shady bitch ben: ik heb een boek opgestuurd gekregen als recensie-exemplaar)

BREAKING: ik ga meedoen aan een hardloopwedstrijd

Welke wedstrijd: The Color Run.
Waar: Amsterdam.
Welke afstand: 5 kilometer.
Hoe lang mag je daarover doen: 4 uur.
Serieus? Ja, er zijn selfieposts en-
SERIEUS? Ja. Selfies nemen kost veel tijd.
Met wie: Dionne, Lianne, Lisa en Rosa, mijn gezellie blogdinnies.
Hoe goed zijn zij in hardlopen: Beter dan ik of ze hebben een goed excuus zoals astma.
Waarom doen jullie mee: We doen ironisch mee.
Oké dan:
Wie is team captain: Ik uiteraard.
Wat houdt dat precies in: Dat ik over de finish word gedragen.
Omdat je het niet kan, bedoel je: Nee, dat hoort bij team captain zijn.
Oké dan: Houd je mond.
Heb je eigenlijk al geoefend: Ja en ik werd bijna aangevallen door een Duitse herder.
Succes: Ja. Bedankt.