De eenzame handschoen

Dat de winter eraan komt, voelen we allemaal. De wind wordt steeds snijdender, onze tere huidjes staan vol met kippenvel en onze handen bevriezen. Gelukkig is er voor dat laatste wat uitgevonden: handschoenen.

Als ik van Oegstgeest naar Leiden fiets, vallen de blaadjes op de grond en terwijl ik naar die prachtige kleuren kijk (‘Opletten, Laura, je knalt bijna tegen een auto aan!’), valt me nog iets anders op. Ik zie een handschoen, helemaal alleen, op de grond. Hij is een beetje vies, want er hebben meerdere fietsen overheen gereden. Wat ligt hij daar toch eenzaam, zonder zijn wederhelft. Van welke arme ziel zou deze handschoen zijn?

Een paar dagen geleden fietste ik er weer en ik kwam talloze eenzame handschoenen tegen. Zo zielig, dacht ik nog. Het bleek toch iets te warm te zijn voor mijn Minnie Mouse-handschoenen, dus stopte ik die in mijn tas, al fietsende, want multitasken is handig, toch?

Ik wilde weer weggaan uit de faculteit en pakte uit voorzorg mijn handschoenen. Maar toen ik in mijn tas keek, vond ik er maar één. Nu is mijn tas een rommeltje, dat weten jullie, maar hoe ik ook zocht en zocht, ik kon de andere niet vinden. Ik fietste weer terug, met blauwe handen van de kou, en keek vol hoop naar de grond, maar hij lag er niet.

Mijn rechter Minnie Mouse-handschoen is niet meer. De linkerhandschoen is alleen achtergebleven. Samen rouwden we. Ik veegde een traan weg, trok de deur achter me dicht en trok mijn degelijke, witte handschoenen aan. Maar het voelde niet hetzelfde.

Rechter Minnie Mouse-handschoen: ik zal je nooit meer vergeten. Je bent voor altijd in mijn hart. R.I.P.

All the lonely people, where do they all come from?

In het liedje Eleanor Rigby van de Beatles wordt het verhaal van twee eenzame mensen verteld. Allereerst Eleanor Rigby, die een weduwe is (?) (vanwege de zin: ‘picks up the rice in the church where her wedding has been’). En Father McKenzie, die een preek schrijft die niemand zal horen. Allebei eenzame mensen.

All the lonely people, where do they all come from? Eenzaamheid is iets wat vaak niet opgemerkt wordt. Dit klinkt misschien logisch: ‘Als je eenzaam bent, zie je niet veel mensen, dus kunnen ook niet veel mensen weten dat je eenzaam bent.’ Maar dat is het niet. Al heb je tachtigduizend vrienden en familie, dan nog kun je eenzaam zijn.

Met de definitie van mijn woordenboek (eenzaamheid v het alleenzijn) ben ik het dus niet eens. Al sta je in een ruimte met enorm veel mensen (die dan ook nog eens vriendelijk tegen je praten), dan nog kun je eenzaam zijn. En andersom (dit argument is waarschijnlijk niet geldig, want ik draai het antecedent en consequent om, voor de mensen die iets van filosofie en logica weten) ook: alleen zijn hoeft niet per se eenzaamheid tot gevolg hebben.

Het is een lastig gegeven (gegeven is niet het goede woord, maar ik kan het juiste woord momenteel niet bedenken), eenzaamheid. Want hoe kom je er in hemelsnaam ooit achter of iemand eenzaam is? Misschien is je buurvrouw het wel. Die ene aardige docent. Of een familielid. Het is niet bepaald iets waar veel over gepraat wordt in onze samenleving, misschien is het zelfs wel een taboe te noemen.

En wat is er tegen te doen? Meer contacten is niet altijd de oplossing. Misschien wel de verdieping van de contacten die je het hebt. Ik weet het eigenlijk niet. Weten jullie het?