Jeukende handen

Ga je gang!

Het gebeurt soms als ik blogs lees. Eerst denk ik dat ik het fout heb: nee, het zal toch niet…? Maar bij herlezing blijkt het er toch één te zijn: een (spel)fout.

Er zijn twee mogelijke reacties hierop:
1. Meteen melding maken met de fout, al dan niet met de mededeling dat dit toch echt niet kan.
2. Niks doen.

Ik ga meestal voor het tweede. Iedereen maakt wel eens fouten (ja, ik ook, het is niet te geloven, maar toch is het zo!) en niet iedereen is erop gesteld. Maar oooooh, wat jeuken mijn handen dan.

Zoals je misschien wel weet, geef ik al een aantal jaren bijles. Nu doe ik daarnaast ook vrijwilligerswerk als taalcoach (je wordt gekoppeld aan een inburgeraar en gaat dan leuke, maar ook nuttige dingen doen, zoals Nederlandse tradities uitleggen of naar de film). Daarnaast sturen mensen mij soms hun werkstukken/papers/weetikveelwat op en dan kan ik eindelijk toegeven aan die kriebels: fouten verbeteren zonder dat mensen het vervelend vinden (hiermee probeer ik niet te zeggen dat jullie nu al je werkstukken/papers/weetikveelwat naar mij op moeten sturen, deze service is alleen voor vrienden/broertjes).

Soms denk ik dat mijn roeping nog niet helemaal tot me doorgedrongen is: leraar worden. Als leraar kun je de hele dag door anderen verbeteren (en niemand vindt je een betweter), je krijgt er zelfs voor betaald.

Maar dan denk ik aan irritante pubertjes, het salaris waarvan ik mijn drie huizen in het buitenland niet kan betalen en het nakijken van toetsen in mijn vrije tijd (!) en dan is mijn gedachte: nou nee. Ik ga toch maar door met Literatuurwetenschap.

Ben ik de enige die jeukende handen krijgt van (spel)fouten of durf jij het ook toe te geven?

(Mensen die de fouten die op het plaatje staan eruit halen, kan ik helaas geen broodrooster geven, want zoveel broodroosters heb ik niet.  Eigenlijk heb ik niet eens één broodrooster. Maar ook al krijg je geen prijs: geef toe aan die jeuk en verbeter de fouten!)