Het mysterie van de paaseitjes

20140321_173407
Oeps.

Ik kwam thuis van stage en zoals altijd was mijn behoefte aan eten groot. Terwijl ik mijn kamer binnenstapte, zag ik een briefje liggen.

Kan jij alle vijf de eitjes vinden?

Kusjes,

De paashaas

Kijk, mijn vriendje is een feeder en een paashaas. Combineer die twee en nou ja, je zoekt je rot. Het eerste eitje lag gelukkig bij het briefje, de tweede tussen de kaarsen, maar waar was in godsnaam de rest? Ik zocht overal (dan lijkt 21 vierkante meter opeens net zo groot als een villa te zijn), maar ze waren nergens te vinden. Huilend at ik de twee gevonden eitjes op en ging verder met het echte leven.

Ik wilde alvast een eitje koken voor de volgende dag, voor op stage en ja hoor: tussen de echte eieren zat het chocolade-eitje verstopt! Binnen één seconde was alleen maar het papiertje over. Three down, two to go.

In plaats van nuttige dingen doen, zoals How I Met Your Mother terugkijken of het nieuwe liedje van Coldplay voor de duizendste keer beluisteren, bleef ik maar zoeken. Na tachtigduizend uur plofte ik uitgeput op bed. Het ging hem gewoon niet worden. Ik wist zeker dat mijn vriendje de vorige twee had opgegeten en ik alleen maar wat felgekleurde papiertjes op een random plaats zou vinden. Die jongen is zo gemeen.

Twee dagen later. Mijn vriend gaf een hint: ‘Het bevindt zich in deze kamer.’ Goh, wat een hulp. Ik pakte wat dingen op van mijn bureau en hoorde mijn feeder grinniken. Wacht eens even… Ik keek en ik keek, maar zag niets. Het gegrinnik werd luider. En ja hoor, achter de kattensnoepjes (hoe kan het ook anders) lag het vierde eitje. Uiteindelijk vond ik ook het vijfde eitje (in de tissuedoos) na talloze hints.

De zoektocht was compleet. De chocolade-eitjes waren op.  De relatie weer hersteld (‘Jij hebt dit alleen maar gedaan, omdat je mij wilde kwellen, stomme flapdrol!’) Alleen bovenstaande foto herinnert ons er nog aan. Ik kan de chocolade al bijna weer proeven. Hopelijk komt de paashaas gauw weer een bezoekje brengen (JA, DAT IS EEN DIKKE, VETTE HINT, FEEDER)

Laura de drilmeesteres

mijnogenkunnenhetnietaan

Zo roze dat ik het niet aankan.

Het is je misschien opgevallen dat ik al een tijdje niet heb geblogd over hardlopen. Verschrikkelijk, want kan ik me dan nog wel een echte blogger noemen? Zeker als je nagaat dat ik niet elke dag mijn havermoutontbijt plog of mijn Outfit Of The Day in een vlog laat zien.

Toevallig hangt het bovenstaande samen met het feit dat ik niet zoveel hardgelopen heb de laatste tijd. Kerst kwam, ik at er een kilo of vijftig aan en toen was het: ‘Het is zo koud.’ ‘Ik heb geen zin.’ ‘Ik heb geen tijd.’ ‘Bluh.’ Ik betwijfelde of ik nog wel één kilometer zou kunnen rennen en om daar achter te komen, ging ik hardlopen met mijn vriend.

Nu moet je niet denken dat zoiets romantisch is. Ik zie er natuurlijk geweldig uit in mijn hardloopoutfit (je wordt blind, zo roze is mijn jasje), maar mijn vriend ziet er beter uit in pak dan hardloopjack en we drijven zowat in ons zweet. Omdat mijn vriend minstens tachtigduizend kilometer verder kan rennen dan ik, hielden we ons aan mijn route (een rondje om de plas van zo’n drie kilometer), maar maakten we het voor hem wat zwaarder.

Ik werd zijn drilmeesteres.

Terwijl ik op mijn dooie gemakje liep, gaf ik hem opdrachten.
‘Tachtigduizend jumping jacks!’ riep ik en daar begon hij: ‘Eén, twee, drie…’
Geen seconde rust kreeg die jongen.
‘Een miljoen burpees!’ riep ik. ‘Ren van die paal tot hier en weer terug en weer naar hier en weer terug en dat keer duizend!’

Het was heerlijk. Hoewel ik sowieso de broek aan heb in de relatie was dit wel het ultieme toppunt. Eigenlijk denk ik dat ik mijn roeping heb gevonden. Wat nou schrijven? Commando’s geven is het leven!

Dus lieve mensen, vanaf nu ben ik in te huren als Personal Trainer/Drilmeesteres. Voor jullie een vriendenprijsje: maar tachtigduizend euro per uur. Mail me!

Niet lezen als je tegen klef gedoe bent

970392_10201570005880126_983958150_n

Goed, goed, er is meerdere keren om gezeurd gevraagd, dus hierbij dan, voor één keertje, een foto van mij en mijn vriendje. 

Voor vandaag, 28 oktober 2013, zal ik een uitzondering maken op mijn policy om niet al te persoonlijk bloggen. Het is namelijk een speciale dag, want precies een jaar geleden vroeg een heel leuke jongen mij: ‘Laura, wil je mijn vriendinnetje zijn?’ Ik antwoordde: ‘Nou ja, vooruit, als het echt moet.’ en dat was het begin van een leven vol liefde.

Ik heb Jeroen leren kennen bij de studententoneelvereniging waar ik vorig jaar zat. Al vanaf de open repetitie hadden we interesse in elkaar en dat is uiteindelijk gegroeid tot liefde. Het grappige is dat we in onze voorstelling ook een stel speelde, die heel representatief was. Jeroen speelde de jonge, blonde, lekkere vent van een Adrianus (zo moest ik hem noemen in het toneelstuk) en ik was de oudere cougar én bitch (dat is dan weer niet representatief, ik ben heel lief, niet luisteren naar Dionne) Klarissa, die de broek aan had. Klopt allemaal, want Jeroen is één jaar jonger (en dus mijn toyboy) en iedereen weet dat vrouwen de baas zijn.

Je kunt nog zo anti-relatie zijn, maar dan toch kun je niet ontkennen dat je er veel van leert. Hoe belangrijk de kleine dingen zijn, zoals een briefje waarop staat dat je het liefste meisje van de wereld bent of twee armen om je heen, maar ook de grote dingen doen er toe: naar elkaar luisteren, elkaar accepteren. Het is ongelooflijk hoe goed je elkaar leert kennen in een jaar, maar alsnog is er nog zoveel te ontdekken. Ze zeggen dat je na een jaar niet meer verliefd bent, maar ik begin Jeroen alleen maar leuker te vinden. In het begin is het allemaal misschien nog spannend, maar na een jaar ben je pas echt naar elkaar toe gegroeid en heb je een hechte band.

Daarnaast is hij ook net zo gek als ik. Hij rent vijf kilometer met kastanjes in zijn hand voor mij, loopt huppelend op katten af en nog wel het raarste: hij valt op een gek meisje als ik.

Toegegeven, het was niet altijd makkelijk: steeds weer dat gezeur dat ik de dekens afpakte (onzin) of dat hij me sloeg in zijn slaap (agressief jongetje). Maar uiteindelijk overwint de liefde toch.

Mijn vriendje Grote Fantasie

Ik heb een grote fantasie. Te groot eigenlijk. Nee, ik heb dit niet bij de winkel gekocht en mijn ouders hebben het me ook niet aangeleerd. Hiermee ben ik geboren en ik zal er mee moeten leven.
Eigenlijk word ik altijd wel vergezeld door mijn vriendje Grote Fantasie. In de trein, op straat en… in bed. Helaas ben ik niet gezegend met het talent om binnen vijf minuten in slaap te vallen. Grote Fantasie ligt namelijk naast me in bed en houdt me wakker.
‘Weet je nog die vrouw, die niet voor je op wilde staan in de metro?’ fluistert hij in mijn oor.
‘Daar had je wat van moeten zeggen. Waarom heb je niet gezegd dat je er niet langs kon als ze niet opstond, waarom keek je haar niet boos aan? Waarom zei je niet: ‘Dit vind ik niet netjes, mevrouw.’ Dat had je echt moeten zeggen.’
Ja ja, dat is waar, Grote Fantasie. Had ik moeten doen. Wat een stom wijf was het ook eigenlijk. Hoe durft ze niet voor me op te staan, waar slaat dat nou weer op? Zoveel moeite is het niet hoor. Train je je bilspieren waarschijnlijk ook nog mee en nou, dat had die vrouw echt wel nodig. Ja, dát had ik tegen haar moeten zeggen.
Grote Fantasie woelt door mijn haren en pakt mijn hand vast.
‘Morgen heb je dat feestje hè?’
Ik knik.
‘Dat feestje waar je niemand kent.’
Ik zucht, want ik weet al waar dit naar toe gaat.
‘Hoe ga je dat doen? Je durft toch niet op mensen af te stappen. Je zit vast de hele tijd alleen in een hoekje.’
Grote Fantasie verzint en verzint maar, totdat hij op het punt komt dat ze allemaal om me heen staan om me uit te lachen.
Ik ben het zat. Met al mijn kracht duw ik Grote Fantasie mijn bed uit.
‘Ga jij maar op de bank slapen vannacht.’
Ik draai me om en val in slaap. Morgen weer een dag.