Ze komen niet, ze komen wel

httpv://www.youtube.com/watch?v=cPlNrP9B2Zs

Mijn moeder heeft vliegangst, dus gingen we altijd met de auto op vakantie. Dat was niet altijd een pretje. We hebben een keer de reis naar Italië (achttien uur) in één keer gedaan. We hebben met zijn vieren op de achterbank gezeten richting Frankrijk. We zijn tachtigduizend keer bijna doodgegaan, omdat we links moesten rijden in Engeland.

Ondanks de pijn in mijn ledematen van het lange zitten, de stompen die ik kreeg van mijn broer(tje) en de eindeloze files heb ik ook goede herinneringen aan de autoreizen. Dat zit hem vooral in de muziek.

Meestal mocht iedereen één CD maken met liedjes die we vervolgens eindeloos moesten horen, totdat je oren er pijn van deden. Maar vaak zat er ook nog een verloren CD van mijn moeder verstopt in de auto. De ene keer was het Donna Summer, die wij Domme Flubber noemden, want wat een verschrikkelijke muziek was dat zeg. Behoorlijk gênant ook, aangezien ze zingt alsof ze in een porno-musical zit. Eén liedje was echter wel leuk: ‘State of Independence’. Nog voordat wij wisten wat mama appelsap was, hadden we het al ontdekt. Het koor zong niet Engels, nee gewoon Nederlands en wel: ‘Ze komen niet, ze komen wel.’

Ook de liedjes van Ramses Shaffy kennen we woord voor woord. Enthousiast zongen we mee met de Shaffy Cantate (goed, de tekst daarvan is ook niet zo moeilijk) en natuurlijk ‘Sammy’. Of het goed klonk, durf ik echter niet te zeggen…

Achteraf gezien waren die autoreizen zo slecht nog niet.

Dit verhaal zou zomaar echt gebeurd kunnen zijn

Klaasje zuchtte. Hij had echt geen zin om te werken. Weer een standaard maandag bij de bank gezeik aanhoren van zeurpieten. Hij was zijn handschoenen vergeten. En zijn vriendin had leverworst op zijn brood gedaan in plaats van kaas. Pfff, lag hij nog maar in bed. Terwijl Klaasje zo langzaam voort tufte (vooral niet te hard fietsen, je zal maar vijf minuten eerder zijn op je werk), hoorde hij een geluid dat steeds harder werd. Hij keek over zijn schouder en zag een klein meisje naderen. Haar wangen waren bijna net zo rood als haar jas. Wat een stomme jas zeg. Ze leek Roodkapje wel. En dan die handschoenen! Minnie Mouse-handschoenen*. Hoe kinderachtig.
Het meisje fietste steeds sneller en knoopte haar jas open. Jeetje, die is echt debiel. Het was vijf graden, was ze gek ofzo? Hmm, ze begon steeds harder te fietsen. No way dat Klaasje zich in liet halen door een meisje en dan ook nog door zo één. Maar voordat hij er de vaart in kon zetten, had ze hem al ingehaald. Ze begon te zingen, heel vals: ‘Like the sailor said, quote, ain’t that a hole in the boat?’. Nog slechte bejaardenmuziek ook. Kon ze haar mond niet houden? Nee, dat kon ze niet. ‘It’s like the fella once said, ain’t that a kick in the head?’
Het werd Klaasje teveel. Leverworst oké, maar dit?
‘KAPPEN MET DAT KATTENGEJANK!’ schreeuwde hij.
Het meisje keek om. Net leek ze nog wel schattig, maar jeetje, wat kon ze boos kijken. Oh shit nee, ze stapte van haar fiets af. Nee, ze zou toch niet…
Klaasje zag een vuist steeds dichterbij komen en toen werd het zwart voor zijn ogen.

Tien minuten later werd hij wakker. Zijn boterhammen met leverworst waren verdwenen. Naast hem lag een briefje.
‘Als je nog één keer zeurt over mijn gezang, schrijf ik een blog over je.’ stond erop, in een niet zo mooi handschrift. Klaasjes ogen werden groot van paniek. Ze zou toch niet…?

*Ik schreef dit blogje nog voor het tragische verlies van mijn rechter Minnie Mouse-handschoen.

Dingen die ik doe als mijn huisgenootje niet thuis is


Wat? Nee, die afwas staat er pas net en natuurlijk ga ik die zo meteen opruimen. Zou niet durven om dat langer dan een uur zo te laten staan, stel je voor zeg!

Uiteraard ben ik het leukste huisgenootje dat je maar kunt hebben (nee, vraag mijn huisgenoot maar niet om bevestiging). Ik was altijd meteen af, nadat ik gegeten heb (zie hierboven voor het bewijs). Elke dag poets ik twee uur lang de badkamer, zodat hij glimt als een gek. Ik kom nooit ’s nachts thuis om vervolgens het licht in de keuken aan te doen, omdat ik anders niet kan zien welke sleutel voor mijn kamer bestemd is en waar het sleutelgat überhaupt is. Perfect dus. Maar oh wee als mijn huisgenootje niet thuis is, dan ga ik helemaal los! Ik doe dan bijvoorbeeld dit:

– Tegen de douche die spontaan wisseldouches geeft schreeuwen: ‘NEE, NIET WEER HE? ALS JE NU NIET WARM WORDT, OVERLEEF IK HET NIET HOOR.’
– Mijn openingspraatje op de radio oefenen. (‘Goedemorgen, u luistert naar Nieuwsradio van 24 november.’) Die de hele tijd onderbroken wordt door wat hierboven staat.
– Tegen mezelf praten. Heel veel tegen mezelf praten.
– Meezingen. Heel hard meezingen met hele foute nummers (nee, het is dan ook weer niet dusdanig erg dat ik met Volendamse nummers ga meezingen, no worries).
– Denk ik als mijn huisgenootje thuis is nog wel eens: goh, dit is al de vijfde keer in een uur dat ik naar de keuken ga, laat ik daar maar geen zes keer van maken. Maar als ze niet thuis is, is het eerder: goh, dit is al de vijfde keer in tien minuten dat ik naar de keuken ga (nee joh, ben geen vreetzak), dan kan een zesde keer er ook wel bij.
– De laptop naar de keuken verplaatsen, omdat ik per se mijn Spotifymuzieklijst wil luisteren tijdens het afwassen (afwassen zonder muziek is saaaaai) en juist dat ene liedje wat ik al tachtigduizend keer gedraaid heb niet op mijn telefoon staat. En dat je huisgenootje dan opeens thuis komt en er eerst nog vijf minuten overheen gaan, voordat je beseft dat de muziek nog aanstaat en het vast raar overkomt dat je laptop op de grond in de keuken staat.
– Met ontploft haar, mascararesten onder mijn ogen, tandpasta op mijn wang, een half geknoopte blouse en mijn relaxbroek aan naar de badkamer sloffen.
– Ik zet wel eens een bord of iets dergelijks op haar kant van het aanrecht (watch out, we got a badass over here).

Gelukkig weet mijn huisgenootje dit niet, behalve dat met die laptop in de keuken dan. En ik zou het heel erg waarderen als jullie het niet doorvertellen. Alvast bedankt.

Een schokkende bekentenis


Ik ben niet verantwoordelijk voor de tegelstickers en het douchegordijn (het valt mee, want eerst was het douchegordijn knalroze).

Adem in, adem uit. Ik ga iets bekennen. Het is werkelijk waar niet te geloven. Volgens mij is er niemand die het níet doet. Behalve ik dan. Oké, daar komt hij dan.

Ik zing niet onder de douche. Gewoon helemaal nooit, zelfs niet één keer ‘Lala’, njet.

Het is niet dat ik niet kan zingen, want oooooh, dat kan ik zo prachtig (nee, nee, vraag maar niet aan familieleden of dat klopt). En het is ook niet alsof ik nooit zing. Ik ben dol op zingen. Als ik alleen thuis ben (niet zo vaak). Natuurlijk zing ik dan niet mee met Jan Smit (gruweldegruwel), maar met The Voice (‘Ben Saunders?’ ‘Oh mijn god, nee, niet Ben Saunders.’) aka Ol’ Blue Eyes, Frankie, je weet wel (‘Eh…’). Frank Sinatra dus, voor de top 40-mensen onder jullie.

Frank en ik zingen over dat we echt niet gaan dansen (‘I won’t dance, don’t ask me/I won’t dance, don’t ask me/I won’t dance, madame, with you/my heart won’t let my feet do the things that they should do.’), koffie in Brazilië (‘They got an awful lot of coffee in Brazil.’) en meisjes die Frankie niet zien staan (‘Some, they may go for cocaine/I’m sure that if I took even one sniff/it would bore me terrifically too/but I get a kick out of you’.)

Oh, Frankie en ik zingen zo goed samen, dat wilt u werkelijk waar niet weten. No way dat hij, als hij nog in leven zou zijn, nog met Nancy (zijn dochter) zou zingen, nee, Frank en Laura zou het zijn.

Maar goed, ce n’est pas possible. Aangezien ik dus niet onder de douche zing en alleen wanneer er niemand thuis is, is er eigenlijk geen kans om mij te horen zingen.

Ik hoop dat jullie beseffen hoe jammer dat is.

Laura’s liederenanalyse: in de maneschijn

Wat zijn eigenlijk de beste schooljaren? Ik weet het wel: groep één en twee op de basisschool. Spelen, kleuren, knutselen, dat was eigenlijk het enige wat je moest doen. Geen toetsen, spreekbeurten of nog meer van dat serieuze gedoe. En natuurlijk ook een heel belangrijk element: liedjes zingen.

Maar eerlijk is eerlijk: waar slaan die kinderliedjes eigenlijk op? Als kind let je daar niet op, net zo min als dat je denkt dat het toch wel erg raar is dat Sinterklaas met een paard op de daken kan.
Maar nu we volwassen zijn (soort van dan), wordt het ons allemaal duidelijk: het is dikke onzin.

Neem nu het liedje ‘In de maneschijn’. Sorry hoor, maar welke flapdrol heeft dat bedacht? Niet dat ik een carrière als liedjesschrijver ambieer, maar dat kan ik toch wel tien keer beter.

♫ In de maneschijn, in de maneschijn
klom ik op een trapje door het raamkozijn ♫

De grote vraag hierbij is: waarom in hemelsnaam? Dat is hartstikke gevaarlijk! Echt, ik ben er op tegen dat wij onze kindjes zulk soort liedjes leren, zeker als ze in de wijapenallesna-fase zitten.

♫ Maar je raadt het niet, nee, je raadt het niet ♫

Nee, dat klopt. Wat valt er te raden dan? Waarom je door het raamkozijn klimt? Dat vertel je geeneens, hoe stom is dat!

♫ Zo doet een vogel, zo doet een vis
En zo doet een duizendpoot, die schoenenpoetser is ♫

Wat hebben een vogel, een vis en een duizendpoot met de maneschijn, het raamkozijn en klimmen te maken? It doesn’t make sense! En het kan me helemaal niet interesseren hoe een duizendpoot doet die schoenenpoetser is, want die bestaan geeneens!

♫ En dat is één en dat is twee ♫

Eén wat? Twee wat?

♫ En dat is dikke, dikke, dikke tante Kee ♫

Ten eerste: het is niet lief dat je tante Kee dik noemt, dat heet volslank hoor! Ten tweede: tante Kee? Wat is dat nou weer voor naam?

♫ En dat is recht en dat is krom ♫

WAT IN GODSNAAM?

♫ En zo draaien we het wieleke nog eens om, rom-bom! ♫

Welk ‘wieleke’? En wat voor bom? Dat is gevaarlijk hoor!

Echt, ik vind het werkelijk waar verschrikkelijk dat de basisschoolkindjes dit soort liedjes leren. Dat WIJ dit soort liedjes hebben geleerd. Nee, we zijn niet agressief geworden door computerspelletjes, maar door dit soort liedjes. En dat zou afgelopen moeten zijn.

Het wordt maar weer eens pijnlijk duidelijk: deze wereld is hard. Bikkelhard.

(Binnenkort komt mijn boek: ‘Laura’s analyse van Nederlandse kinderliedjes en de verschrikkelijke conclusie’ uit, bestel hem nu!)